180
25 Mei 1939.
krachten slecht dient, door in het openbaar hierover te
spreken. De heer Rijkes, aldus spreker, denkt hier goed
aan te doen, maar hij kent zoodoende aan het hoofd
der school en den Inspecteur van het Onderwijs een
zekere mate van onbevoegdheid toe. Deze personen
kunnen, de onderwijskraehten en de door hen bezeten
diploma's kennende, de voorkeur geven aan sollicitan-
ten buiten de gemeente als daar aanleiding voor is. Als
de eigen krachten goed zijn, dan zal het hoofd der
school, spreker is daarvan overtuigd, aan hen zeer zeker
de voorkeur geven. Deze voordracht is grondig voor-
bereid.
De heer Rijkes wil daar niets van zeggen. Spreker
gelooft niet, dat hij het Heemsteedsche personeel een
dlspleizier gedaan heeft, door te spreken als hij deed.
Dit is echter een voordracht, waaraan de Raad gebon-
den is om uit te benoemen. Spreker acht het niet juist
om, indien Heemsteedsclie onderwijskrachten dezelfde
bevoegdheden en geschiktheid bezitten, deze achter te
stellen.
De heer Dîsselkoen zou het met den heer Rijkes eens
zijn, indien hij naast degelijkebevoegdhedenengeschikt-
heid van Heemsteedsche onderwijskrachten, ook gelijke
ervaring genoemd had. Spreker juicht het toe, dat ook
van elders ervaren en bekwame krachten worden ge-
haald. Deze factoren moeten domineeren in het belang
der jeugd, dat gaat boven een persoonlijk belang. Daar-
door verkrijgt men voor het onderwijs een goede répu-
tatie.
De heer van der Erf is het met den heer Disselkoen
eens. In dit geval zullen de verschillende diploma's en
de bekwaamheid der candidaten, doorslaggevend ge-
weest zijn, Hij spreekt den wensch uit, dat bij alle be-
noemingen een zelfde systeem gevolgd zal worden.
De Voorzitter verzoekt den heeren de Tello en Meeu-
wenoord met hem het bureau van stemopneming te
vormen.
Uit de gehouden stemming blijkt, dat zijn uitgebracht
op Mej. M. J. Scheuter te Winterswijk, 12 stemmen;
terwijl 1 stem blanco werd uitgebracht, zoodat Mej.
M. J. Scheuter te Winterswijk, benoemd is.
Voorts wordt zonder hoofdelijke stemming goedge-