5 September 1939.
289
11. Benoeming Wethouders.
De Voorzitter verzoekt den heeren De Tello en
Voors, voor deze en de volgende verkiezingen met hem
het bureau van stemopneming te vormen.
De heer Disselkoen zou gaarne, alvorens tot stem-
ming wordt overgegaan, een verklaring willen afleggen.
Spreker zegt, dat de buitengewoon sombere internatio-
nale omstandigheden een achtergrond vormen, waar-
tegen de wethoudersverkiezing van minder beteekenis
wordt. Deze omstandigheid en het feit, dat bij de
vaststelling der begrooting nog gelegenheid zal bestaan
over de oorzaken en gevolgen van de gevoerde poli-
tiek te spreken, nopen hem grootere soberheid in zijn
betoog te betrachten dan anders het geval zou zijn.
Toch wi! spreker enkele opmerkingen maken. Het is,
aldus spreker, den Raad bekend, dat de S. D.-fractie
niet instemt met de wijze waarop de andere partijen
voornemens zijn de wethouderszetels te verdeelen. De
fractie acht deze onjuist, omdat h.i. slechts twee ge-
dragslijnen mogelijk zijn en wel:
le. dat men evenredige vertegenwoordiging door-
voert, dus het stelsel der grootste fracties;
2e. dat men nagaat tusschen welke fracties een be-
hoorlijke werkgelegenheid op de basis van de ge-
meentepolitiek bestaat.
Volgens de eerste methode zouden dan voor een
wethouderszetel in aanmerking komen, le de R. K.,
2e de Lib.-Vrijz. Dem. en 3e zou dan overleg dienen
te worden gepleegd, welke van de overblijvende 2-man
fracties een zetel zou toekomen. Als daarbij dan werd
gestreefd naar een zoo veelzijdig mogelijke samen-
stelling van het College van Burgemeester en Wet-
houders, dan zou de heer Jhr. van de Poll niet voor
een herbenoeming in aanmerking komen, omdat iedereen
weet, dat de opvattingen van de heeren Van Unen en
Jhr. van de Poll op het terrein van het gemeentelijk
bestuursbeleid op elkaar lijken als twee druppels water.
Bij de tweede methode kan men uitgaan van de
gedachte, wat in de afgeloopen jaren door de samen-
werking van de R. K. en de C. H. is tot stand geko-
men. Deze samenwerking zou men kunnen voortzetten
en uitbreiden, waarbij dan de S. D. de voorkeur ver-
dienen. Door deze groepen wordt bovendien in de
Landsregeering een werkmeerderheid gevormd, terwijl