20 November 1939.
365
door den heer Wethouder van Unen erkend, is een ge-
zond bedrijf. Dit gezonde bedrijf om financieel gewin
op te offeren aan de concentratie van de streekvoorzie-
ning, past geheel in het kader van het ijveren der
grootere gemeenten, die, ook mede om financieele
redenen, de kleinere gemeenten willen inlijven bij de
groot-gemeentelijke centrale. En als de zienswijze van
den heer Van Unen wordt gedeeld, dat kunnen allen
die het met hem eens zijn, het voor gezegd houden, dat
zij om financieel gewin, een antecedent hebben gesteld,
dat leidt totweg rnet alle randgemeenten, weg met
alle burgemeesters dier randgemeenten, weg met het
te veel aan gemeenteljjk personeel, weg met de zon-
zijde van kleinere gemeentenwant concentratie,
eventueel centralisatie leidt onherroepelijk tot financieel
gewin. „Halt," roept het College van Burgemeester en
Wethouders, „zoover wenschen wij niet te gaan.
Maar het is niet de zaak hoever het College van Bur-
cemeester en Wethouders wenscht te gaan, doch het
linancieel gewin waarop het College zichzelf beroept,
spreekt straks een woordje, zoo niet het beslissende
woordje mee bij de partijen, die van concentiatie en cen-
tralisatie voor alle gemeenten gezamenlijk financieel
voordeel verwachten. Indien de geineente Haarlem
handig gebruik weet te maken van het over stag gaan
van ons College van Burgemeester en Wethouders, dan
zal het Haarlemsche College van Burgemeester en Wet-
houders met het huidige materiaa! van het College van
Burgemeester en Wethouders van Heemstede een pracht
reclamecanrpagne kunnen voeren, voor de financieele
voordeelen van voortzetting tot concentratie tusschen
de streekgemeenten onderling. Het is slechts de eerste
pas die kost. Naar mijne hartgrondige overtuiging is
het College van Burgemeester en Wethouders van
Heemstede" op eeh weg, die zich de massa van onze
CTemeentenaren nooit hebben ingedacht, toen zij de
richtin^ Heemstede als domicilie kozen. Indien de meer-
derheid van dezen Raad onverhoopt de argumentatie
van het betreffend schrijven van Gedeputeerde Staten
van Noordholland voor juist erkent, dan heeft de meer-
derheid voor Haarlem den weg schitterend aangelegd,
om bij het Provinciaal bestuur straks de concentratie
ook op ander gebied door te voeren. Maar alsdan zal
de meerderheid zich verzetten. Daar moet de meeidei-
