430 28 November 1939. ervaring, dat de verwachtingen omtrent den tijd waar- binnen de Kroon uitspraak zal doen, in den regel worden beschaamd. Een statistiek ten Raadhuize over ver- schillende gevallen wijst uit, dat op gemiddeld 9 maan- den dient te worden gerekend. Bovendien is de Kroon nu overstelpt met appêlzaken, tengevolge van den oor- logstoestand. Het is een onverantwoordelijk optimisme om te verwachten, dat een spoedige beslissing zai af- komen. Redelijkerwijze kan men slechts verwachten, dat het langer zal duren dan de statistiek aangeeft. Het voorstel van den heer Rijkes heeft spreker niet begrepen. Het contract is door den Wethouder en den Directeur nauwkeurig onderzocht. Bovendien is het tot in details in de Commissie voor de Bedrijven, waarin ook de heer Rijkes zitting heeft, bekeken. Ook in de Financieele Commissie is het contract uitvoerig be- handeld, terwijl spreker het, ais jurist, heeft door- genomen. Tegen den inhoud van het contract zelf, zijn in de vorige vergaderingen van den Raad geen beden- kingen geopperd. Dat de Raad geen samenwerking nret Haarlem wil, is gegrond op overwegingen, die buiten het contract liggen. Een commissie van deskundigen kan dat z.i. niet oplossen. Op de vraag van den heer Kamerbeek, wat spreker als jurist een cliënt zou adviseeren, die in een dwang- positie zou verkeeren, antwoordt spreker, dat hij in een dergelijk geval zou adviseeren, den strop maar te nemen. Dit is nu juist wat in de praktijk dagelijksch voorkomt. Spreker stelt het geval, dat een Ieverancier tegenover een krachtig concern, zijn zin niet kan door- zetten, om de vriendschappelijke relaties niet te scha- den. Spreker adviseert dan, om zich niet door zijn gevoel te Iaten leiden, doch daarbij aile risico's afwegend, tenslotte maar te slikken. Als een dergelijk geval in een debatingclub wordt behandeld, dan is de zaak natuur- lijk anders. Spreker biijft er bij, dat het niet aangaan van het contract met Haarlem een gok is. De heer Disselkoen zegt, dat de Wethouder en Mr. Bakhuizen van den Brink den Raad er van hebben trachten te doordringen, dat beroep bij de Kroon in ieder geval een tijdroovende geschiedenis is. De heer van Unen stelde vast, dat het beroep minstens 9 maan- den in beslag zou nemen. Vast staat, volgens spreker,

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1939 | | pagina 36