17
28 Maart 1940.
toepassing van een rooilijn ernstige schade lijdt, kan
hij zich tot den Gemeenteraad wenden met het verzoek,
die schade te doen vaststellen.
De Gemeenteraad beslist dienaangaande binnen drie
maanden nadat dit verzoek is ingekomen. Deze beslis-
sing kan bij een met redenen omkleed besluit éénmaal
voor ten hoogste twee maanden worden verdaagd.
Art. 3.
Indien de Gemeenteraad beslist, dat aan het verzoek,
bedoeld in artlkel 2, zal moeten worden voldaan, wordt,
tenzij daaromtrent binnen drie maanden na dagteeke-
ning van deze beslissing met den betrokken eigenaar
anders is overeengekomen, het bedrag der schadever-
goeding geschat door een daartoe in te stellen com-
missie van drie deskundigen, waarvan één zal worden
benoemd door Burgemeester en Wethouders, één door
den eigenaar en één door de beide aldus benoemden.
Kunnen beide deskundigen het over de benoeming van
den derden deskundige niet eens worden./îîaii zal deze
door den Kantonrechter te Haarlem worden aange-
wezen.
Art. 4.
Bij de berekening der schadevergoeding wordt in
aanmerking genomen de waardevermindering, welke
het perceel of de perceelen, waarop de rooilijn wordt
toegepast, ten tijde van de in werkingtreding en als
^onmiddellijk gevolg daarvan heeft ondergaan; tevens
wordt hierbij rekening gehouden met de waardever-
iteerdering, welke het gevolg is of kan zijn van de ver-
breeding van de(n) langs het perceel loopende(n) weg
of wegen.
Bij de berekening wordt niet gelet op nieuwe bouw-
werken of andere veranderingen, gemaakt na de neder-
legging ter inzage bedoeld in art. 10, lid 1, der Wo-
ningwet.
Art. 5.
De beslissing van den Gemeenteraad is, zoo zij strekt
tot afwijzing van het in artikel 2 bedoelde verzoek, met
redenen omkleed; zij wordt den betrokken eigenaar ten
spoedigste bij aangeteekenden brief medegedeeld onder