112
28 Maart 1940.
De Voorzitter heeft geen bezwaar tegen het door
den heer Mr. Bakhuizen van den Brink ingediende
amendement.
De heer De Tello merkt, met alle respect voor den
voorsteller op, dat het dan toch ook mogelijk blijft,
dat de eigenaar in gebreke blijft om een deskundige
te benoemen. Spreker is voorts van meening, dat, in-
dien in het zinsdeel „waarvan één zal worden benoemd
door Burgemeester en Wethouders", het woordje „zal"
wordt weggelaten, aan het bezwaar van Mr. Bakhuizen
van den Brink wordt tegemoet gekomen.
De heer Mr. Bakhuizen van den Brink is van
meening, dat er dan toch nog een sanctie noodig zal
zijn als de benoeming niet gebeurt.
De Voorzitter deelt mede, dat Burgemeester en
Wethouders het amendement van den heer Mr. Bak-
huizen van den Brink overnemen.
De heer Disselkoen wijst er op, dat de onderwer-
pelijke verordening geen strafverordening is en daarom
dus niet in de Commissie voor de Strafverordeningen
behandeld is geworden. Spreker vraagt, of het niet
wenschelijk ware, om alle verordeningen genoemde
Commissie te laten passeeren.
De Voorzitter antwoordt, dat Burgemeester en Wet-
houders dit in overweging zullen nemen.
Het ontwerp-besluit wordt vervolgens, met inacht-
neming van het voorgestelde amendement, zonder
hoofdelijke stemming aangenomen.
XI. Aankoop perceelen Molenwerfslaan
nos. 2, 4 en 6.
Het voorstel met ontwerp-besluit is opgenomen in
de gedrukte stukken onder volgno.:
18. Aankoop perceelen Molenwerfslaan
nos. 2, 4 en 6.
Het ontwerp-besluit wordt zonder beraadslaging en
zonder hoofdelijke stemming vastgesteld.
XII. Verbreeding Houtvaartbrug.
Het voorstel met ontwerp-besluit is opgenomen in
de gedrukte stukken onder volgn0.
19. Verbreeding Houtvaartbrug.
