28
25 April 1940.
4e WIJZIGING VERORDENING GEMEENTEPOLITIE.
De Raad der gemeente Heemstede;
Gezien het voorstel van Burgemeester en Wethou-
ders, d.d. 10 April 1940;
BESLUIT
1. met ingang van 1 Mei 1940 de verordening, re-
gelende de rangen, het aantal, de samenstelling, de
eischen van benoembaarheid en de bezoldiging van
de ambtenaren der gemeentepolitie, vastgesteld bij
raadsbesluit van 27 Februari 1936, gewijzigd bij be-
sluit van Burgemeester en Wethouders d.d. 15 April
1936 en bij raadsbesluiten d.d. 2 Maart 1939, n°. 33
en 29 December 1939, n°. 105, te wijzigen als volgt:
Artikel 24 wordt gelezen als volgt:
„1. De ambtenaar, die in verband met oorlog, oor-
logsgevaar of andere buitengewone omstandigheden
verplichten werkelijken dienst verricht, geniet gedurende
30 dagen de volle aan zijn ambt verbonden bezoldi-
ging. Na afloop van dien termijn wordt aan den amb-
tenaar, wiens bezoldiging hooger is dan zijn militaire
belooning vermeerderd met de kostwinnersvergoeding
waarop zijn verwanten aanspraak kunnen maken, zoo
hij gehuwd is als toeslag een uitkeering verstrekt ge-
lijk aan het verschil tusschen de aan zijn ambt ver-
bonden bezoldiging eenerzijds en de militaire beloo-
ning en bedoelde kostwinnersvergoeding anderzijds.
Is hij ongehuwd, dan bedraagt deze uitkeering 70 ten
honderd van dit verschil.
2. Ongehuwde eenige kostwinners worden voor
de toepassing van het eerste lid gelijk gesteld met
gehuwden. Burgemeester en Wethouders beslissen, of
een ongehuwde als eenig kostwinner beschouwd
wordt. Burgemeester en Wethouders zijn bevoegd in
bijzondere gevallen voor een telkens te bepalen ter-
mijn andere ongehuwde ambtenaren geheel of gedeel-
telijk met eenige kostwinners gelijk te stellen.
3. Het bepaalde in het eerste en tweede lid is
eerst van toepassing nadat de militair, hetzij vöör,