7
7 FtÜ. liM
de Raden van geen der zeven gemeenten tenminste zes
maanden te voren aan de Raden van de overige ge-
meenten schriftelijk krachtens een goedgekeurd raads-
besluit, als bedoeld in het volgende lid, is opgezegd.
3. Een besluit van een gemeenteraad tot opzegging
van deze regeling is onderworpen aan de goedkeuring
van Gedeputeerde Staten.
1. Deze regeling kan worden aangevuld of gewijzigd
bij besluit hetzij van de Raden van ten minste vijf ge-
meenten, hefzij van de Raden dier gemeenten, welker
gezamenlijk inwonertal op het tijdstip, in artikel 17,
lid 2, bepaald, ten minste 75 bedraagt van het totaal
der inwoners van alle tot deze regeling toegetreden ge-
meenten.
2. De aldus tot stand gekomen wijzigingen of aan-
vullingen zijn, r.adat daarop de goedkeuring van Ge-
deputeerde Staten zal zijn verkregen, voor de zeven
gemeenten verhindend.
1. Indien over of in verband met deze gemeenschap-
pelijke regeling geschiüen, niet behoo'rende tot die, be-
doeld in artikel 136 der Gemeentewet, ontstaan tus-
schen een of meer der gemeenteraden bij deze regeling
betrokken, hetzij onderling, hetzij met de commissie,
wordt de beslissing van Gedeputeerde Staten van
Noordholland ingeroepen.
2. Alle partijen zijn gehouden zich aan die beslis-
sing te onderwerpen.
Voor de uitvoering van artikel 137 der Gemeente-
wet wordt voor deze gemeenschappelijke regeling aan-
gewezen het gemeentebestuur van Haarlem.
adering van den
Artikel 24.
Artikel 25.
Artikel 26.
De Secretaris,
De Voorzitter,
