90 12 Juni 1941. verder ter beslissing aan Burgemeester en Wethouders over. De Voorzitter zegt, hiervan goed nota te hebben ge- nomen. Schrijven Secretaris-penningmeester Maatschappeliik Hulpbetoon. De heer Kamerbeek zegt een schrijven te hebben ont- vangen van den Secretaris-Penningmeester van Maat- schappelijk Hulpbetoon. Dit lijkt spreker geen kwestie voor openbare behandeling, waarom spreker den Voor- zitter verzoekt hem gelegenheid te geven in besloten vergadering hierover van gedachten 'te wisselen. De Voorzitter antwoordt, dat de Raad over deze aan- gelegenheid wel bijeen zal worden geroepen. Op het oogenblik kunnen Burgemeester en Wethouders op deze zaak niet ingaan. Burgemeester en Wethouders hebben haar in studie. De heer Kamerbeek zegt, dat hij zich aan de leiding moet onderwerpen. Uitreiking persoonsbewijzen. De heer Mr. Bakhuizen van den Brink spijt het een klacht te moeten uiten, die hij als ernstig beschouwt. Spreker houdt niet van klagen, integendeel hij stelt er prijs op de gang van zaken, zooaïs zij door Burge- meester en Wethouders wordt uitgestippeld, te steunen. Spreker wil nu echter een klacht naar voren brengen inzake het uitreiken van de oproepingen voor het af-. halen van de persoonsbewijzen. Spreker heeft in de krant gelezen en ook ervaren, dat tusschen het afgeven van de oproeping en het afhalen van het persoonsbe- wijs slechts 2 dagen liggen. Deze korte termijn zal voor veel inwoners geen bezwaar opleveren, o.a. niet voor hen, die in loondienst zijn. Daarnaast staat echter een groote categorie forensen enz., voor wie het zeker bui- tengewoon lastig is op korten termijn gelegenheid te scheppen om te komen. Destijds heeft spreker een ver- gelijking getroffen tusschen de werking van den distri- butiedienst in deze gemeente en die van een aangren- zende gemeente en naar aanleiding daarvan aan den

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1941 | | pagina 24