26
25 April 1946.
De heer Van llnen, Wethouder, antwoordt, dat er
inderdaad, vergeleken bij andere jaren, een achteruit-
gang van het aantal leerlingen valt waar te nemen. Als
redenen daarvoor noemt spreker, dat er nu meer nei-
ging is om de kinderen naar een H.B.S, te sturen en
dat Haarlem, meer dan tot nu toe, zijn ingezetenen aan-
spoort, om een school voor uitgebreid lager onderwijs
in Haarlem te bezoeken. Het aantal leerlingen komende
uit Haarlem is dan ook aanzienlijk verminderd. Deze
factoren tezamen veroorzaken den achteruitgang, waar-
bij dan nog in oogenschouw moet worden genomen,
dat in de voorafgaande jaren een buitengewoon groot
aantal leerlingen deze school bezocht, waardoor het
verschil nog meer opvalt,
De heer Rijkes dankt den Wethouder voor diens
antwoord, maar meent, dat er mogelijk nog andere re-
denen zijn die het leerlingenaantal beïnvloeden,
De heer Disselkoen zegt, dat in den Ouderraad dit
onderwerp ook is besproken. Mêt Burgemeester en
Wethouders is de Ouderraad van meening, dat deze
kwestie niet eenvoudig is. De Ouderraad wijt den ach-
teruitgang ook aan de factoren door den Wethouder
belicht. Spreker zou daarom gaarne van den heer Rijkes
vernemen, welke factoren nog meer den achteruitgang
veroorzaakt hebben.
De heer Rijkes zal deze nu niet noemen, maar hoopt
ze t.z.t, bij den Ouderraad in te dienen.
De heer Disselkoen verzoekt den heer Rijkes zijn
wijsheid niet te lang onder zich te houden.
Het ontwerp-besluit wordt vervolgens zonder hoof-
delijke stemming vastgesteld,
VIII. SUBSIDIE BIJZONDERE BEWAAR-
SCHOLEN.
Het voorstel met ontwerp-besluit is opgenomen in de
gedrukte stukken onder volgno,
12. Subsidie Bijzondere Bewaarscholen.
De Voorzitter deelt mede, dat de Commissie voor
