25 April 1946.
33
De heer Van Lent, Wethouder, zal hier aandacht aan
schenken.
De heer Reijnders zegt, dat bij vorige verkiezingen
in verschillende deelen der gemeente punten werden
aangewezen waar de politieke partijen hun verkiezings-
reclame konden aanplakken. Spreker verzoekt Burge-
meester en Wethouders dit thans weer te doen.
De Voorzitter antwoordt, dat Burgemeester en Wet-
houders dit reeds hebben overwogen. De kwestie is
echter, dat de borden waarop deze reclame werd ge-
plakt, weg zijn, Voor nieuwe borden is geen hout be-
schikbaar, Aanplakken op de gewone aanplakborden
kan niet wegens de beperkte ruimte. Burgemeester en
Wethouders hebben hiervoor bestemd het gebouwtje
aan de Dreef, Voorts dringt spreker er op aan, dat er
borden worden geplaatst in eigen tuin of gebruik wordt
gemaakt van raambiljetten in eigen perceelen. De ver-
kiezingspropaganda zal, aldus spreker, wel primitiever
moeten zijn dan in andere jaren, maar spreker hoopt
toch, dat de partijen niet alle huizen e.d. zullen gaan
beplakken.
De heer Kamerbeek bepleit samenwerking der ver-
schillende partijen, om daardoor de beschikking over
borden te krijgen. Iedere partij, aldus spreker, beschikt
wel over relaties, waardoor zij zelf voor houten borden
kunnen zorgen, Als allen samenwerken, dan maakt spr.
zich sterk. dat de borden er komen.
Den Voorzitter lijkt dit de beste oplossing.
De heer Kamerbeek verzoekt Burgemeester en Wet-
houders dan daarvoor de plaatsen aan te wijzen. De
politieke partijen zullen dan ten aanzien van het hout
samenwerken.
De Voorzitter sluit hierna de vergadering.
De S
VERKIEZINGSRECLAME.