7
20
verhouding tusschen het rijk en de gemeenten. De
resultaten hiervan zullen dus moeten worden afgewacht.
ïn welke richting de oplossing gezocht zal worden om
de gemeenten hun finantieele zelfstandigheid te doen
behouden of weer terug te geven, valt nog niet te
zeggen. fe hopen is echter, dat hieromtrent spoedig
zekerheid ontstaat.
Een gunstige factor bij de samenstelling der be-
grooting was, dat weer op winst van de bedrijven kan
worden gerekend. In 1945 leverden de drie bedrijven
voor gas, water en stroom naar raming gezamenlijk
een winst op van 9.340.98. Thans is geraamd totaal
151.352.46 winst, met handhaving der geldende
tarieven.
Ook in de belastinghefBng kwam geen verandering.
De opcenten op de grond- en personeele belasting
worden practisch reeds tot het maximum geheven, ter-
wijl het vermenigvuldigingscijfer voor de ondernemings-
belasting evenals in de meeste andere gemeenten op
2.4 is bepaald.
Uiteindelijk bleef er op de begrooting een tekort
van 120.000 hetwelk gedekt is door te beschikken
over een gedeelte van het reservefonds voor bijzondere
doeleinden tot genoemd bedrag. Deze reserve bedraagt
dan nog ruim 98.000.
De vaste leeningsschuld van de gemeente bedroeg
op 1 Januari 1941 5.517.500.— en op 1 Januari 1946
4.484 500
Heemstede, 19 Juni 1946.
Burgemeester en Wethouders van Heemstede,
J. P. W. VAN DOORN.
De Secretaris,
WESTRA ls.
Behoort bij de Notulen van 6e vergadering van
oM.a./ai. ICT- nn
den Raad van den
De Secret-aris j
No. 20.
De Voorzitter,
