27 Februari 1947,
64
zeer korten termijn iets geschieden zal, door inzake het
locaal verkeer in overleg te treden met de N.Z.H.V.
Mij. en ter zake van de rechtstreeksche autobusverbin-
ding met Amsterdam stappen te ondernemen bij de
Rijksverkeersinspectie. De inlichtingen van den wethou-
der en sprekers inlichtingen i.z. de concessies verschillen
echter. Er bestaat volgens spreker nog een concessie
voor een autobusdienst van Zandvoort over Heemstede
naar Amsterdam, met een verbod om passagiers op te
nemen tusschen Zandvoort en Heemstede en tusschen
Heemstede en Amsterdam. Volgens spreker is het dus
mogelijk om aan de hand van deze concessie en autobus-
dienst op Amsterdam te rijden. Spreker gelooft niet, dat
het noodig is. dat hierop in den vorm van een motie bij
Burgemeester en Wethouders wordt aangedrongen. De
heer Zegwaart en spreker zouden wel graag hierover de
meening van den Raad willen hooren.
De heer van den Berge is het van den heer Dr. Bron-
gersma tegengevallen, dat hij niet wat dieper is inge-
gaan op het conflict in uitingen, die landelijk en plaat-
selijk in zijn partij naar voren kwamen. De heer Dr.
Brongersma citeerde verschillende uitspraken uit den tijd
van Dr. Colijn. 't Kan zijn, dat ten tijde van den heer
Colijn al drang tot centralisatie bestond, maar het is de
verdienste van Dr. Colijn, dat het toen bij drang bleef.
Eerst onder de Partij van de Arbeid is deze drang ge-
affectueerd. Voorts zegt de heer Dr. Brongersma, dat de
ambtenarij de resultante is van wat er in den oorlogstijd
is gebeurd. Na den oorlog is de ambtenarij echter uit-
gebreid. 't Zelfde is dit het geval met de centralisatie.
Als voorbeeld van den groei van het ambtenarenappa-
raat wijst spreker er op, dat in 1939 het aantal arribte-
naren 42.652 bedroeg met een salarispost van
f 89.000.000.terwijl in 1946 dit aantal 124.061 be-
droeg met een salarispost van f 374.000.000.- waarbij
niet meegeteld is het personeel der gemeenten en het
distributiepersoneel en ongeacht de uitgaven voor pen-
sioen. Spreker wil er alleen op wijzen. dat dit nu ge-
handhaafd wordt.
De heer van Lent, aldus spreker, heeft er op gewezen,
dat de economische leiding momenteel onmisbaar is.
Spreker vestigt er de aandacht op, dat ook de A.R.