14 Augustus 1947. 161 dat de kans ontstaat om ook daar deze titel toe te passen. De heer Mr. Bakhuizen van den Brink, wethouder, zegt, dat men hierbij twee algemene dingen voorop moet stellen. In de eerste plaats moet men er het oog op gevestigd houden, dat men er op dit gebied nooit in zal slagen om het ideale te bereiken. Men moet n.l. in een zekere hoeveelheid klassen een aantal functio- narissen onderbrengen, terwijl de werkelijke bekwaam- heden van die functionarissen in dezelfde klassen toch weer uiteen lopen. Zo zullen er altijd wel bezwaren blijven. In de tweede plaats is het zaak deze aangele- genheid zô te behandelen, dat men de meeste kans heeft deze wijziging er bij de hogere instanties door te krijgen, want hiervoor is nog de sanctie nodig van provincie en rijk. Dit is voor burgemeester en wethou- ders aanleiding geweest om de voorgestelde regeling zo simpel mogelijk te houden. Zij willen geen risico lopen door daarin dingen op te nemen, die ook wel aanbeveling verdienen, maar voor hogere instanties niet direct acceptabel zullen zijn. In de derde plaats is in het oog te houden dat de bedoeling van deze regeling is, dat zij tijdelijk zal werken. Een definitieve regeling is zeer spoedig te voorzien nu het rijk zelf de salarissen van zijn ambtenaren en werklieden heeft herzien. Spreker heeft overigens niet de indruk dat het juist is, dat over het voorgestelde door de heer Zeg- waart, in de commissie van overleg, algemene over- eenstemming bestond. Althans staat het niet in het verslag. Spreker meent, dat daar terloops over gespro- ken is. Als spreker zich goed herinnert, dan werd daar- omtrent besloten, om deze kwestie bij de definitieve salarisherziening onder het oog te zien, waarbij spre- ker geneigd is om dit in gunstige overweging te nemen. Ook heeft spreker er toen op gewezen, dat het niet juist is de bedrijven in alles met elkaar gelijk te stel- len. Doet men dat, dan zou men ook de rang van adjunct-directeur bij de gas-, duinwater- en electrici- teitsbedrijven moeten invoeren. Spreker doet nu de toezegging, dat bij de definitieve herziening van de jaarwedde regeling deze suggestie in gunstige over- weging zal worden genomen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1947 | | pagina 11