14 Augustus 1947.
171
we in de handen van Binnenlandse Zaken verzeild
raken of niet, we moeten het niet doen als he,t luxe is.
Dat heeft met de meerdere of mindere armslag voor
de gemeenten niets te maken.
Weten we allen wel, dat ons land in zo'n grote
nood verkeert. Weten we wel allen, dat als het plan
Marshall straks misschien mislukt, wij, ons vaderland,
geheel West-Europa in een ongekende noodtoestand
komen te verkeren. Wij mogen als beheerders van
gemeenschapsgeld niets anders doen, dan zuinig zijn,
waar het luxe betreft. Tenzij1 we met moedwil de chaos
in de hand willen werken. Maar dan weet spreker
nog wel vlottere manieren om een hele hoop geld kwijt
te raken.
Zeg verder niet, dat we dit terrein moeten aankopen
om in de toekomst de verwaarloosde Indische buurt
een behoorlijk recreatie-oord te verschaffen. Daar zijn
nog andere minder dure oplossingen mogelijk in een
tijd dat we dat kunnen betalen. Spreker zal er gaarne
toe medewerken.
Zeg niet dat het verleden geleerd heeft, dat veel
omstreden aankopen, toch nu maar gebleken zijn een
gemeentelijke weldaad te zijn geweest. Nooit hebben
we, heefit ons land in een zo diepe put gezeten als
waarin we ons nu bevinden. Dat waren andere tijden.
Nooit bevonden we ons zo op de rand van de afgrond
als nu.
Als we verantwoordelijk zijn aan het nageslacht
voor wat we nu doen, dan mag dat nageslacht ons
nooit verwijten dat we in een tijd van armoede tot uit-
gaven als het onderhavige niet konden besluiten. Dan
zal het ons loven.
Spreker zal tegen dit voorstel stemmen en hoopt dat
zijn waarschuwing wijfelmoedigen onder zijn mede-
raadsleden tot inkeer zal hebben gebracht.
De heer Jhr, van de Poll zegt, dat hij als minder-
heid van een kleine commissie voor het Grondbedrijf,
tegen dit voorstel is. Over de financiële opzet van het
plan zal spreker niet veel zeggen, omdat deze door
de heer Verhoeven voldoende duidelîjk naar voren is
gebracht. Hier is men bereid om een bedrag van
f 150.000.te betalen, waar tegenover een bruto-