25 September 1947.
202
ticulier kan spreker met de verzoeker meevoelen, omdat
deze een strop heeft gehad. Als raadslid ziet spreker
deze zaak echter anders. Het technische rapport bracht
geen verschil van inzicht over de oorzaak van de
schade, waarna deze zaak door de rechtbank is bezien.
Door een ongelukkige procedure werd eiser in zijn eis
om schadevergoeding niet-ontvankelijk verklaard.
Wiens schuld dit is, zal spreker in het midden laten.
In elk geval is niet gebleken van een juridische aan-
sprakelijkheid van de gemeente. De verzekeringmaat-
schappij heeft de billijkheidsgronden laten spreken, door
het aanbieden van een minnelijke regeling. De aanbie-
ding van betaling van 50 is niet geaccepteerd. Nu
vraagt verzoeker of de gemeente zelf ook nog iets zou
willen doen. Hier kan geen sprake van zijn. Als de ge-
meente op dit verzoek zou ingaan, dan handelt zij als
overheidslichaam onjuist, omdat zij dan andere lijnen
volgt dan die van 't strikte recht. Dat mag de overheid.
nooit doen. Voor haar zijn alle inwoners gelijk. Zij moe-
ten dergelijke behandelingen ondergaan, hetgeen alleen
kan door het recht strikt toe te passen. Betaling op
grond van billijkheidsoverwegingen is daardoor uitge-
sloten. Gelijke monniken, gelijke kappen.
De heer de Ronde is van mening, dat de gemeente
juist heeft gehandeld door belanghebbende in de ge-
legenheid te stellen om een proces aan te gaan. In deze
kwestie is spreker één ding duister, n.l. wie is degene
die bij het onderzoek tot de conclusie is gekomen, dat
de scheuren niet aan schuld van de gemeente te wijten
zijn. Volgens het prae-advies van burgemeester en wet-
houders een expert van de verzekeringmaatschappij en
iemand van de dienst van openbare werken. Spreker
denkt hierbij aan een oud verhaal, dat hij eens gehoord
heeft, waarin 'n scheepsdokter of militair arts of 'nander
de vraag stelde, hoe het met de simulant van gisteren
ging, waarbij hem werd medegedeeld, dat die overleden
was. Spreker wil hiermede de waarde van experts de-
nlonstreren. Spreker vraagt dan ook wie de persoon is
geweest, die aan de slechte fundering de schuld geeft.
De heer Reijnders verklaart zich tegen de zienswijze
van de heer Verspoor. De gemeente is tegen wettelijke
aansprakelijkheid verzekerd. Als de maatschappij zegt,