2
29 Januari 1948.
de extra aflossingen kunnen slechts geschieden in
ronde sommen van f 100.(EEN HONDERD
GULDEN);
4. indien de Gemeente van haar bevoegdheid sub 3 ge-
bruik maakt vôör 1 Mei 1953, zal zij een boete ver-
schuldigd zijn van 1 over het bedrag, dat zij af-
lost boven het sub 2 bepaalde;
5. alle betalingen zullen zonder kosten van de geld-
geefster worden gedaan te haren kantore, op kwi-
tantie van de penningmeester, of degene, die hem
vervangt, of daar waar zij dit zal bepalen, terwijl
geen kwijting zal kunnen worden gevorderd voor
en aleer de verschuldigde bedragen in haar bezit
zijn;
6. indien enige termijn van rente en/of aflossing niet
op tijd en plaats als bovenomschreven mocht zijn
betaald, dan vermeerdert het niet betaalde bedrag
met een boete voor elke dag verzuim, berekend naar
6 's jaars (360 dagen) en wordt al het verschul-
digde terstond en ineeris opvorderbaar;
De gemeente zal ingebreke zijn door het enkel ver-
loop van de bepaalde termijn, zonder ingebrekestel-
ling. De geldgeefster blijft daarentegen geheel vrij
indien enige voor rente en/of aflossing verschuldig-
de som niet op de daarvoor bepaalde tijd mocht wor-
den betaald, onverwijld alle zodanige maatregelen te
nemen tot behoud van hare rechten of tot verhaal
van hare vordering, als de wet te harer beschikking
stelt en haar nodig of nuttig zullen voorkomen;
7. de geldgeefster bedingt en de gemeente stemt toe,
dat de onderwerpelijke lening tot het onafgeloste
nominaal bedrag te allen tijde inwisselbaar zal zijn
tegen obligaties aan toonder tot nader alsdan door
de geldgeefster vast te stellen bedragen, voorzien
van coupons voor de nog niet verschenen rente-
termijnen. De kosten op deze omwisseling vallende
komen ten laste van de geldgeefster. De gemeente is
in dat geval bevoegd de eventueel geheven coupon-
belasting van de opbrengst dier obligaties bij de uit-
betaling dier coupons aan de daarop rechthebbcnde
af te houden;
8. op verzoek van de geldgeefster zal de gemeerite ver-
plicht zijn haar of aan een door haar aan te wiizen