24
26 Februari 1948.
GRATIFICATIE AAN GEMEENTE-
SECRETARISSEN EN -ONTVANGERS.
Aan de Raad,
Door het College van Gedeputeerde Staten is ver-
zocht Uw oordeel te mogen vernemen omtrent de door
hen ontworpen regeling tot toekenning van een grati-
ficatie over 1947 aan de daarvoor in aanmerking
komende secretarissen en ontvangers der gemeenten
in Noordholland.
De ontworpen regeling steunt op de bepalingen van
het K.B. van 13 Augustus 1947, Stbl. no. H 303 tot
toekenning van een gratificatie over 1947 aan burgerlijk
Rijkspersoneel en zal o.a. van toepassing zijn op de
secretarissen en ontvangers voor zover hun bezoldiging
een bedrag van t 4212,— per jaar niet overschrijdt.
Krachtens Uw besluit van 14 Augustus 1947, no. 46,
is aan het gemeentepersoneel een gratificatie toegekend
geheel overeenkomstig de bepalingen van bovengenoemd
K. B met inachtneming dus van salarisgrenzen van
y 4212.per jaar voor gehuwden en ongehuwden-
enige kostwinners en van 3996.per jaar voor
ongehuwden-niet-enige kostwinners, terwijl bij raads-
besluit no. 49 van dezelfde datum een regeling is
'getroffen tot toekenning van een gratificatie van /50.—
aan de hogere ambtenaren, omdat geen voldoende
termen aanwezig werden geacht deze groep van ge-
meentepersoneel in verband met hún inkomen van de
gratificatie uit te sluiten.
Wij achten het nog steeds billijk, dat genoemde
gratificatie ook aan hoger gemeentepersoneel wordt
uitgekeerd en stellen U voor aan Gedeputeerde Staten
te adviseren de concept-regeling zodanig aan te vullen,
dat ook aan secretarissen en ontvangers wier salaris
boven de genoemde grenzen uitgaat, een gratificatie
van 50.— wordt uitgekeerd.