123
29 April 1948
blijven. Hij bedoelt daarmede, dat geen concurrentie
moet ontstaan met andere gemeenten. hetgeen tot na-
ijver en jaloersheid kan leiden. Spreker vraagt voorts
of het niet géwenst is, dat geen toeslag wordt gegeven,
vöôr dat het maximum loon bereikt is. Hij meent, dat
in andere gemeenten alleen toeslag op het maximum
loon wordt gegeven. Deze gemeenten hebben daarvoor
speciale vergunning ontvangen, waarom hij vraagt of
de voorgestelde regeling voor Heemstede geen moeilijk-
heden zal opleveren.
De heer Zegwaart zegt in antwoord op het gespro-
kene door de heer Ir. Kooijmans, dat de nu voorgestelde
regeling inderdaad conform de rijksregeling is. Ook in
Amsterdam wordt deze regeling zo toegepast.
De heer Ir. Kooijmans wijst er op, dat daar alleën toe-
slagen gegeven worden als het maximum loon bereikt
is.
Dé heer Zegwaart zegt, dat de heer Ir. Kooijmans het
bij het vexkeerde eind heeft. Spreker is zelf lid van de
commissie van overleg dn de gemeente Amsterdam, uit
welke functie hem bekend is, dat daar de mildheids-
clausule inderdaad wordt toegepast, zoals ook in dit
voorstel is verwerkt.
De heer Reijnders wil naar aanleiding van het ge-
bruikte woord ..mildheidsclausule" opmerken, dat men
van de lonen eerst guldens afdoet, dan er een paar
centen per uur bijdoet en vervolgens spreekt van een
mildheidsclausule. Spreker kan daar niet aan mee-
werken.
De heer Mr. Bakhuizen van den Brink, wethouder,
heeft aan het gesprokene door de heer Zegwaart in
antwoord op de opmerking van de heer Ir. Kooijmans,
niets toe te voegen.
De heer Reijnders, aldus spreker, heeft een punt aan-
geroerd dat de algemene landspolitiek raakt, waarin
spreker zich niet zal begeven.
Het ontwerp-besluit wordt vervolgens zonder hoof-
delijke stemming vastgesteld.