29 Juli 1948. 186
op de verschillende maatschappelijke groeperingen.
Vroeger is daar nog wel eens tegen gezondigd waarom
spreker hoopt, dat burgemeester en wethouders met
deze wens rekening zullen houden.
Wat de ontwerp-statuten betreft wil spreker nog
een voorstel doen of liever de mening van burgemees-
ter en wethouders horen ten aanzien van het scheppen
van de mogelijkheid om de huizen in huurkoop te geven.
Spreker zou daarvoor de mogelijkheid willen scheppen
door art. 2 onder d aan te vullen met ..eventuee in
huurkoop te geven.'' Reeds in 1919 werd de mogehjk-
heid van huurkoop voor woningwetwoningen over-
wogen. In de toekomst zal men zeker weer met deze
qedachte te maken krijgen, waarom spreker het prac-
tisch vindt om nu reeds de mogelijkheid daartoe te
scheppen, zodat later geen wijziging in de statuten zal
behoeven te worden gebracht.
De heer Mr, Bakhuizen van den Brink, wethouder,
antwoordt namens burgemeester en wethouders, dat de
heer Zegwaart zich ten aanzien van de samenstellmg
van het bestuur niet ongerust behoeft te maken, omdat
zij niet van plan zijn dit samen te stellen op de fictief
breedst mogelijke basis. Voorts, aldus spreker, stelt de
heer Zegwaart het op prijs, dat met alleen rekenmg
wordt gehouden met de godsdienstige en pohtieke
onderscheidingen, maar ook met de verschillende groe-
perinqen in de maatschappij. Spreker wijst er op, dat
dit altijd de zienswijze van burgemeester en wethouders
is qeweest en dat zij op deze weg zullen voortgaan.
Voorts heeft de heer Zegwaart een amendement m-
qediend op artikel 2 lid d der ontwerp-statuten, waar-
van spreker eerst in deze vergadenng kenms heeit
qenomen. Ofschoon spreker het recht erkent om dit te
doen, zou hij toch gaarne zien, dat hier geen verder
qevolg aan wordt gegeven. Statuten van wonmgbouw-
verenigingen en -stichtingen zijn n.l. afhankelqk van
allerlei dwingende voorschriften opgenomen m woning-
wet en woningbesluit en nu kan spreker niet dadelgk
nazien. of het voorgestelde toelaatbaar is, waaroni hi)
in overweging geeft om over het voorstel van de heer
Zegwaart geen besluit te nemen.
De heer Zegwaart zegt, dat het door hem naar voren