222
7 September 1948.
Mevrouw, Mijne Heren,
Had de Minister van Binnenlandse Zaken mij niet
gevraagd om na deze voorlezing een toespraak te hou-
den, dan zou ik vandaag toch niet gezwegen hebben.
In de eerste plaats wil ik U danken voor de wijze
waarop U het mogelijk hebt gemaakt, dat de gemeente-
naren op 31 Augustus ter ere van de geboortedag van
H.M. Koningin Wilhelmina hebben kunnen feestvieren,
zulks ook in verband met het regeringsjubileum van
Hare Majesteit. In het bijzonder breng ik dank aan de
Heemsteedse bevolking voor de waardige wijze, waar-
op zij uiting heeft gegeven aan haar dankbaarheid en
hulde aan H.M. Koningin Wilhelmina. Ik ben over-
tuigd, dat dit niet alleen op die dag zo gevoeld is, maar
dat ook in de toekomst de verdiensten welke deze
constitutionele Vorstin voor het land heeft gehad,
nimmer vergeten zullen worden. Haar regeren getuigt
van wijsheid, liefde, kracht en beginselvastheid waar-
mede Zij leiding heeft gegeven. Voor velen in het land
was het moeilijk op 4 September afscheid van Haar
te nemen. Zij was een Vxouw, waaraan wij gehecht
waren. Zij was één onzer. Zij is ons aller Moeder
geweest.
Ongetwijfeld hebt ook U met grote belangstelling
en toewijding gevolgd hetgeen op 4 September heeft
plaats gehad. Op die dag trok H.M. zich terug uit
Haar hoge ambt om nu als Prinses der Nederlanden
de vierde plaats in het Koninklijk Huis in te nemen.
Wij vergeten daarbij niet met welk een vreugde, welk
een jubel, welk een liefde en hartelijkheid Koningin
Juliana door het Volk ontvangen is. Waarom die
vreugde? Waarom stond het Volk klaar om Koningin
Juliana met open armen te ontvangen? Dat is door het
gevoel van vertrouwen, dat wij in Haar hebben. Waar-
om hebben wij vertrouwen in Haar? Dat hebben wij,
omdat Zij is een lid van het Huis van Oranje. Want
hebben de Oranjes niet eeuwenlang pal gestaan voor
ons Volk? Riep niet Willem de Zwijger toen hij in
1584 viel door het moordend lood van Balthasar
Gerards uit: ,,Mon Dieu, ayez pitié de ce pauvre
peuple"? En hebben niet steeds de Stadhouders en
Vorsten uit het Huis van Oranje nadien deze bede ge-
uit voor het behoud van ons Volk?
