28 October 1948. 257
buurtschap kerkelijk onder Heemstede, zullen de km-
deren later de lagere scholen în Heemstede bezoeken,
terwijl zijn bewoners ook in Heemstede hun inkoP^n
doen. In het verleden is deze uitzcndenng wel gemaakt,
doch zij is in de voorgestelde regelmg vervallen.
De heer Reijnders verwijst naar pagina 1 van het
voorstel, waar staat: „lndien de scholen doorbuiten--
leerlingen worden bezocht, wordt de subsidie naar
evenredigheid verminderd
De heer Disselkoen, wethouder, antwoordt, dat dit
slaat op de bestaande regeling.
Zijn beantwoording van de gemaakte opmerkingen
vervolgende, zegt spreker naar aanleiding van het ge-
sprokene door de heer Ir. Kooijmans over het bepaalde
in artikel 10, le lid, dat, als de gemeente het kleuter-
onderwijs betaalt, zij ook het recht moet hebben oml zich
waarborgen te verschaffen, dat dit onderwijs goed zal
zijn. Dit college van burgemeester en wethouders en oo
geen enkel volgend college, zal bezwaar maken teg
de door het bestuur gewenste Doeken en leermiddelen.
De in artikel 10 gestelde eis moet voor burgemeester en
wethouders als een middel gezien worden datzij toe-
zien, dat de besturen de scholen ook werkelijk voor
kleuteronderwijs gebruiken en dat deze met ontaarden
in kleuterbewaarplaatsen.
Ten aanzien van de opmerking van de heer lr Kooij-
mans over de toelating van jongere leerlmgen voor
oudere leerlingen, wijst spreker op art. 2, 2e lid, waartj
burgemeester en wethouders de bevoegdheid knjge:n
om in bijzondere gevallen ontheffing van de naleving
van de bepalingen der verordenmg te verlenen. De
schoolbesturen zullen bij een goed motief, altijd toe-
stemming voor een gevraagde afwijkmg krijgen. Lht
neemt niet weg, dat spreker m het algemeen van me-
ning blijft, dat oudere kinderen eerder voor plaatsmg
in aanmerking dienen te komen dan jongere.
De opmerking van de heer Verhoeven i.z. artikel 1
beantwoordende, zegt spreker, dat dit artikel gehj
aan artikel 1 van de bestaande regeling. Hier îs înde -
daad de instelling bedoeld. De heer Verhoeven kan
b'^Naar aankiding van de bij artikel 8 door de heer
