306
23 December 1948.
Het ontwerp-besluit wordt vervolgens, met de stem-
men van de heren Ir. Kooijmans en Mr. van Wijk
tegen, vastgesteld.
XII. RONDVRAAG.
De heer de Ronde vraagt hoe de financiële verhou-
ding is tussen de gemeente en de N.Z.H.V.M. De we-
gen, aldus spreker, worden door de bussen stuk gereden.
W4e betaalt deze extra schade? Krijgen we daarvoor
een uitkering uit het Wegenfonds? Ook vraagt spreker
wie het opbreken van de tramrails betaalt.
De heer van Lent, wethouder, antwoordt, dat de
kosten van het onderhoud van de wegen voor rekening
van de gemeente komen en dat daarvoor geen uitkering
uit het Wegenfonds wordt genoten. De kosten van het
opbreken van de tramrails en verwijderen van de masten
zijn voor rekening van de trammaatschappij.
De heer de Ronde vraagt of, wanneer een brug ten-
gevolge van het busverkeer versterkt moet worden, de
kosteri dan ook voor rekening van de gemeente komen.
De voorzitter antwoordt dat dit ook gemeentelijke
zorg is.
De' heer Mr. Zeelenberg vraagt of dit ook het geval
is bij schade aan kunstwerken onder het wegdek. Hij
verzoekt burgemeester en wethouders dit grondig te
onderzoeken en de Mij. daarvoor zo mogelijk aanspra-
kelijk te stellen. Spreker ziet wel degelijk verschil tussen
het wegdek en kunstwerken onder het wegdek.
De voorzitter antwoordt, dat burgemeester en wet-
houders deze kwestie zullen nagaan.
De heer Reijnders meent de vraag van de heer Mr.
Zeelenberg ontkennend te kunnen beantwoorden, omdat
het toch niet mogelijk is vast te stellen of autobussen
of zware vrachtauto's de schade aanrichten.
De heer Mr. Zeelenberg antwoordt, dat normaal bij
schade het oorzakelijk verband niet is vast te stellen.
Hier is het echter in het oog vallend.