31 Maart 1949
67
de R.K. en Openbare Bibliotheek gebruik wordt ge-
maakt. Spreker's fractie acht de oprichting van deze
bibliotheek een zegenrijk initiatief. Spreker kan voorts
nog niet nalaten de gebruikelijke verklaring af te leg-
gen, dat, waar in deze begroting wederom geen sub-
sidie is opgenomen voor het bijzonder middelbaar- en
voorbereidend hoger onderwijs, indien blijkt dat dit
onderwijs noodlijdend is, van zijn fractie te verwachten
is, dat zij zich wederom tot burgemeester en wethouders
zâl wenden met de vraag of hernieuwde subsidiëring
niet mogelijk is. Hij wil daaraan toevoegen dat hij niet
vergeten is, dat de wethouder hem verleden jaar heeft
toegezegd in de geschetste situatie die hernieuwde sub-
sidiëring dan wel te willen overwegen. Ook wil spreker
deze wethouder nog danken voor zijn initiatieven inzake
de subsidiëring van het bijzonder voorbereidend onder-
wijs, ook al viel een aanvankelijke verrekening over het
eerste jaar wat lager uit voor een bepaalde school dan
van die zijde was berekend.
Tenslotte wenst hij nog even te attenderen op de
omstandigheid, dat de gemeente nog steeds niet weet
wat zij verschuldigd is en wat zij te vorderen heeft in-
zake de oorlogsschade en dat beide bedragen nog niet
vaststaan.
De heer Dr. Brongersma begint met op te merken, dat
de heer Verhoeven hem reeds op menig gebied het gras
voor de voeten heeft weggemaaid. Zo b.v. voor wat be-
treft de hulde aan burgemeester en wethouders en het
ambtenarencorps. Inderdaad zijn de prettige verhoudin-
gen, die hier heersen, een gelukwens waard. Er zijn
redenen om zich bij 't houden van deze algemene be-
schouwingen zekere beperkingen op te leggen. Door een
merkwaardige samenloop van omstandigheden gaat n.l.
dit jaar het gehele college van burgemeester en wethou-
ders op de helling en wij weten niet wie straks achter de
groene tafel zullen plaats nemen. Spreker hoopt echter,
dat met 't nieuwe college van burgemeester en wethou-
ders op even vlotte wijze zal kunnen worden samenge-
werkt. Maar de raadsleden, die hier dan zullen zitten zul-
len toch eventueel met initiatiefvoorstellen moeten komen
indien weinig rekening gehouden wordt met uit de raad
naar voren gekomen wensen. Spreker wil in dit verband