31 Maart 1949
69
op deze wijze niet duidelijk voor de inwoners. Het
tekort schieten van de pers bleek o.a. na de voorlaatste
raadsvergadering. Toen is daarin een onjuist bencht
verschenen inzake de houding van burgemeester en
wethouders ten opzichte van de busexploitatie door de
N.Z.H.V.M. Hoewel het bericht zelfs met opmaak was
qepubliceerd werd het, voor zover aan spreker bekend,
niet gerectificeerd. Dit moet betreurd worden. Ook
wegens dit falen van de pers is een nauwer contact tus-
sen bestuur en bestuurden zeer nuttig. Spreker wil hier
nog een enkel gedeelte uit bovengenoemde rede van
Prof. Simons citeren. Deze zegt hierin: „de aanvaard-
baarheid van de overheidsmaatregélen is een belang-
rijk element in het vrijheidsbewustzijn van de mens.
..L'homme est né libre et partout il est dans les fers
aldus vangt Rousseau's Contract Social aan. Onbeperk-
te vrijheid is voor de mens niet weggelegd en waarschijn-
lijk ook niet eens begerenswaard. In de maatschappij
-wordt een ieders vrijheid beperkt door de strevingen
van anderen, die tegen de zijne botsen of het veld voor
deze verkleinen, en door de regelen, welke în de groep
voor het maatschappelijk verkeer zijn gesteld, hetzij
door gewoonte, afspraak of overheidsbevel. Nu zal
redelijk denken doen inzien, dat deze regelen in beginsel
onvermijdelijk zijn en bovendien een positieve zijde
hebben voor de eigen beperkte vrijheid: zo goed als zij
de vrijheid van anderen beschermen tegen ons, bescher-
men zij onze vrijheid tegen die anderen. Wie tot dit
inzicht is gekomen niet slechts in abstracto, maar ook
werkelijk beseft, dat de hem opgelegde beperkingen
redelijk zijn, heeft het begrip verworven zo vrij te zijn
als in de menselijke samenleving mogelijk is."
Dit moet een zeer juiste uitspraak genoemd worden.
Alles dient dan ook te worden gedaan om de aanvaard-
baarheid der overheidsmaatregelen voor het publiek te
verhogen.
Spreker sluit zich ook aan bij de heer Verhoeven,
waar deze de inrichting van de openbare leeszaal en
bibliotheek een buitengewoon geslaagd initiatief heeft
genoemd. Heemstede heeft hiermede een voorbeeld ge-
geven aan de andere Nederlandse gemeenten. Ook
voor de jeugd is het nodige gedaan. Slechts 44 gemeen-
tebesturen houden een jeugdbibliotheek in stand, terwijl