48
31 Maart 1949
H-steens muren, waardoor het vorstvrij houden niet
mogelijk is.
Het is de heer Verhoeven opgevallen, dat leidingen
in huizen veelal tegen de buitenmuren worden gelegd.
Spreker verzoekt er op toe te zien, dat de waterleiding-
aanleg niet tegen buitenmuren plaats vindt, waardoor
de kans op bevriezen belangrijk wordt verminderd.
De heer van Lent, wethouder, antwoordt, dat dit een
algemene opmerking is. De onderhavige w.c.'s zijn uit-
gebouwd en bestaan dus helemaal uit buitenmuur. Aan
het voorkomen van bevriezing is dus niets te doen.
De heer Hopstaken vraagt, of dit werk in eigen be-
heer zal worden uitgevoerd.
De heer van Lent, wethouder, antwoordt ont-
kennend.
Het ontwerp-besluit wordt vervolgens zonder hoof-
delijke stemming vastgesteld.
VI. WARMWATERVOORZIENING IN
WONINGEN.
Het voorstel met ontwerp-besluit is opgenomen in de
gedrukte stukken onder volgno.
29. Warmwatervoorziening in woningen.
De Voorzitter deelt mede, dat de commissies voor de
bedrijven, voor de volkshuisvesting en voor de volks-
gezondheid, zich hiermede kunnen verenigen.
De heer Mr. Zeelenberg juicht de geest van het voor-
stel toe, hetwelk hij ongetwijfeld nuttig acht. De manier
waarop deze zaak tot een oplossing is gebracht, acht
spreker niet gunstig, Ook het moment waarop tot uit-
voering wordt overgegaan, vindt spreker niet gelukkig
gekozen. Om bij de manier waarop te beginnen, acht
spreker het onjuist. dat de gemeente fungeert als tussen-
persoon voor de leverantie van de apparaten, waar-
mede zij het terrein van het particulier bedrijf betreedt
hetwelk hierin voldoende is geoutilleerd. Het moment
waarop besprekende, vestigt spreker er de aandacht op
ln de toelichting op de ingediende begroting, sterk