128
31 Maart 1949
aanvullende verzekering te sluiten.
Samenvattend kan gezegd worden, dat de Vereni-
ging voor Ziekenhuisverpleging geen onderwerp van
gemeentezorg meer behoeft te zijn, omdat,
le. degenen, die meer verdienen dan de loongrens
der ziekenfondsen is, geacht kunnen worden voor zich-
zelf te kunnen zorgen.
2e. degenen, die minder verdienen dan de loongrens,
terecht kunnen bij de ziekenfondsen. hetzij als verplicht,
hetzij als vrijwillig verzekerden, terwijl het niet op de
weg van de gemeente ligt om deze vrijwillig verzeker-
den in staat te stellen als het ziekenfonds hun niet be-
valt, een eigen vereniging in stand te houden en
3e. het tenslotte niet nodig is de vereniging in stand
te houden voor aanvulling op de uitkeringstermijn voor
de ziekenfondsen, aangezien de ziekenfondsen binnen-
kort geen beperking in de termijn meer zullen kennen
of als ze de termijn van de vrijwillig verzekerden
nog wel zouden kennen de gevraagde uitbreiding
en zelfs goedkoper dan de Heemsteedse vereni-
ging nu zullen geven.
Er blijtt derhalve over de groep mensen, die niet in
staat zijn de wekelijkse bijdrage voor het ziekenfonds
te betalen. Naar mijn gevoelen zal het voor de gemeente
voordeliger zijn voor deze mensen dat deel van de
premie voor het ziekenfonds te betalen, dat overeenstemt
met de premie, welke het ziekenfonds vraagt voor dek-
king van het risico verpleegkosten, dan subsidie te ver-
lenen aan de verplegingsverenigingen".
De heer Reijnders merkt op, dat toen de heer Mr.
Zeelenberg in de vorige vergadering voor de behan-
delmg van dit onderwerp uitstel vroeg, spreker dit ver-
zoek heeft ondersteund. Spreker heeft dit gedaan, om-
hll niet van overrompelen houdt, zoals blijkbaar de
gewoonte is van de heer Mr. Zeelenberg Het had z i
een klein beetje op de weg van de heer Mr. Zeelenberg
gelegen, zijn ingediende bezwaren ook aan de raads-
leden rond te zenden. Spreker moet bijna aan opzet ge-
loven. Hij herinnert aan een vorige gelegenheid, toen
door de heer Mr. Zeelenberg ook met polissen in de
and, meende zijn betoog te kunnen bevestigen, terwijl
bij onderzoek bleek, dat het juist omgekeerd was.
