279
24 November 1949
95. Rooien van bomen.
De Voorzitter zegt, dat de Plantsoenen-commissie
zich, blijkens haar advies, met het ontwerp-besluit kan
verenigen.
De heer van Hees vraagt waarom deze bomen moe-
ten worden gerooid.
De Voorzitter antwoordt, dat de onder a van het
ontwerp-besluit genoemde bomen een belemmering vor-
men voor de toetreding van licht tot de genoemde
woning. Deze bomen zijn vanaf de Glipperweq niet
zichtbaar.
De onder b genoemde boom staat erg dicht op het
genoemde perceel en beneemt het licht.
De onder c en d genoemde bomen leveren gevaar
oP* Reeds eerder heeft de raad goedgevonden, dat de
gehele rij bomen zou worden gerooid met het oog ook
°P henodigd brandhout. Toen is de rooiing nog uitqe-
steld kunnen worden. Deze bomen moeten er nu echter
nodig uit.
Het ontwerp-besluit wordt vervolgens zonder hoof-
delijke stemming vastgesteld.
XV. VASTSTELLING UITBREIDINGSPLAN BII
GRAYENESTERSINGEL.
Het voorstel met ontwerp-besluit is opgenomen in de
gedrukte stukken onder volgno.
96. Vaststelling uitbreidingsplan voor de terreinen
bij de Crayenestersingel.
De Voorzitter brengt bij dit punt tevens in behande-
hng een ingekomen bezwaarschrift van de omwonen-
den.
De heer Mr. van Wijk zegt, dat hij indertijd bij de
credietaanvrage voor de kleuterschool verschillende be-
zwaren naar voren heeft gebracht, o.a. tegen de stich-
ting van een semi-permanent gebouw van een j/J ton;
tegen de z.i. ongunstige plaats in verband met de vele
aangrenzende tuinen en het feit, dat zo'n aardig ge-
bouwtje weggestopt wordt. Spreker zal zijn toenmalige
bezwaren niet alle herhalen. De raad heeft zijn besluit