14 Februari 1950.
113
naar zijn wijze van zien, de Overheid hieraan mede
schuldig is, door o.a. in voorgaande jaren een akelig
schriele houding aan te nemen ten aanzien van het
vrijaf geven op 5 Mei aan het Overheidspersoneel.
Hierbij mag spreker er aan herinneren, dat in 1948 werd
bepaald, dat op de herdenkingsdag onzer bevrijding de
werkzaamheden één uur vroeger dan normaal mochten
worden beëindigd.
Verleden jaar was oorspronkelijk wéér bepaald, dat
één uur zou worden vrijgegeven, hetgeen te elfder ure
nog werd veranderd in een halve dag vrijaf.
Het is niet vermetel, te veronderstellen, dat de grote
ontstemming en onrust onder het betrokken personeel,
die zich als gevolg van een en ander had geopenbaard,
aan deze uiteindelijke beslissing niet vreemd is geweest.
Spreker fs overigens volledig op de hoogte met de
economische motieven der Regering, die zijn genoemd
ter verdediging van haar besluiten in deze aangelegen-
heid. En ten dele worden die wel door hem aanvaard.
Toch moeten wij er voor waken, dat de gedachte aan
onze bevrijding niet gaat verwateren. Wij moeten, ook
hier als plaatselijke Overheid, alles in het werk stellen
om het historische feit, dat we als gehele Nederlandse
Volksgemeenschap weer vrij waren, weer uit onze
schuilhoeken konden kruipen en het hatelijke juk der
Duitse bezetting van ons konden afschudden, ieder jaar
op 5 Mei waardig en feestelijk te herdenken.
Vöör spreker er toe overgaat enige gedachten daar-
omtrent te ontwikkelen, wil hij uitdrukkelijk vaststellen.
dat het niet zijn bedoeling is om langs deze weg een
extra dag verlof voor alle werknemers los te peuteren.
Zijn uitdrukkelijke bedoeling is geen andere dan het
feit van onze bevrijding en daarmede bedoelt hij de
bevrijding van het gehele Nederlandse volk door een
feestelijke herdenking in de gedachten van ons volk
levendig te houden.
Burgemeester en wethouders hebben onder post
no. 727 f 150.begroot voor uitgaven, verband hou-
dend met de herdenking van onze bevrijdingsdag.
Spreker is er van overtuigd, dat dit bedrag niet groot
genoeg is om gestalte te geven aan zijn denkbeelden,
maar hij zou het helemaal niet erg vinden om genoemde
post te verhogen.