8 17 Februari 1950. 2e Afd. BEGROTINGEN 1950. Aan de Raad. Hierbij hebben wij de eer U ter vaststelling aan te bieden de ontwerp-gemeentebegroting voor het jaar 1950, met de daarbij behorende ontwerp-begrotingen voor de bedrijven en diensten. De ontwerp-gemeente- begroting sluit, voor zover de gewone dienst betreft, in inkomsten en uitgaven met een bedrag van /2.888.149,60. Zoals u bekend is, vangt de begroting niet meer aan met een batig saldo van de laatstafgesloten dienst, doch wordt zulk een saldo op de kapitaaldienst gereserveerd. Als een gevolg daarvan moest ten bate van de dienst 1949 50.000,uit de reserve worden geput om die begroting sluitend te maken. Voor 1950 blijkt een der- gelijke maatregel niet nodig te zijn. Dit vindt zijn oor- zaak in de omstandigheid dat volgens mededeling van de Minister van Financiën het aandeel van de onder- nemingsbelasting 124.000,hoger geraamd kan wor- den dan voor 1949 het geval was. Deze mededeling is op zichzelf zeer verheugend. Zij zou dit in nog sterkere mate zijn, wanneer wij de zekerheid hadden, dat inder- daad in volgende jaren op een bate uit deze belasting van bijna 350.000,gerekend zou kunnen worden. Wij zijn daarvan echter, mede aan de hand van inlich- tingen ons verstrekt door de inspectie der belastingen, allerminst overtuigd. Er is voorts een wetsontwerp verschenen tot wijziging van de ondernemingsbelasting. Hierin werd een bepaling opgenomen, waaruit blijkt, dat de gemeenten van die wijziging geen nadeel zullen ondervinden. Op 27 Öctober j.l. is weder een persbericht verschenen van het Ministerie van Financiën, waaruit blijkt dat bedoeld wetsontwerp belangrijk zal worden gewijzigd. Daarvoor zal een nota van wijziging aan de Tweede Kamer worden aangeboden. De Minister wil voor tal- rijke middenstandsbedrijven een trapsgewijze afschaf- fing van de ondernemingsbelasting doorvoeren, ge- paard met een trapsgewijze verhoging van het tarief

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1950 | | pagina 1