30 Maart 1950.
160
VIII. RONDVRAAG.
De heer Mr. Dr. van Bruggen dankt de wethouder
voor de financiën, voor de verstrekte inlichtingen op
door hem gestelde vragen.
De heer Ir. Kooijmans dankt de wethouder voor de
financiën voor de hem verstrekte inlichtingen inzake het
reservefonds voor bijzondere doeleinden.
Voorts wil spreker nog eens terugkomen op de
kwestie of in het wapen van Heemstede cannettes of
merlettes zijn opgenomen.
Ter staving van zijn reeds eerder kenbaar gemaakte
mening, dat hier gesproken moet worden van merlettes,
citeert spreker uit het ..Handboek der wapenkunde" van
J. B. Rietstap:
,,Ook de eenden, Fr. „canards", zijn schaars; meestal
treft men eendjes, Fr. „canes" of „canettes", aan. Vele
malen en door allerlei schrijvers zijn de ..merlettes' ge-
noemd ,,canettes", doch geheel ten onrechte, want deze
laatste moeten met bek en poten en de eerste juist zon-
der die delen afgebeeld worden. Een groter verschil is
dus niet denkbaar en het is onbegrijpelijk hoe men in
een dergelijke dwaling heeft kunnen vervallen, ja nog
dagelijks vervalt.
Het meerltje of de merlet, Fr. „merlette", komt zeer
veel in Nederlandse wapens voor. Het wordt voor-
gesteld als een eendje zonder bek en poten en komt
soms als zelfstandige wapenfiguur, soms als breuk voor.
De rol, die het in de wapens op het vasteland speelt,
wordt in de Engelse heraldiek vervuld door het geknotte
vogeltje, Fr. ,,martinet", Eng. ,,martlet", een soort van
huiszwaluw, die wel een bek heeft, doch wie de poten
ontbreken. In de plaats van deze poten vindt men een
paar bosjes veren, eigenlijk dus de dijen van het diertje.
Het wordt van terzijde afgebeeld en draagt de vlucht
gesloten. In vorm zijn het meerltje en het geknotte
vogeltje onderscheiden, doch de heraldieke betekenis
van beiden is gelijk.
Heemstede. In goud zeven zoomsgewijze geplaatste
rode meerltjes, de plaats van het achtste ingenomen
door een rode schildhoek (dus van boven twee meerltjes,
aan elke schildzijde één en van onderen drie)."
De Voorzitter dankt voor deze heraldische uiteen-