Jl 23 Mei 1950.
wordt ingeroepen gedurende de verpleging of afzonde-
ring voor andere dan besmettelijke ziekten.
Het volle bedrag der rechten is verschuldigd:
a. indien en voor zover de kosten aan de belang-
hebbende worden vergoed door uitkering van een
ziekenfonds, ziekenhuisfonds, een verzekering-
maatschappij of dergelijke:
b. indien de kosten zijn verschuldigd door rechtsper-
sonen;
c. indien de kosten zijn gemaakt voor elders wonen-
den.
Artikel 5.
Belastingplichtigen, die tot de on- en minvermogenden
behoren, zijn van de betaling der rechten, in artikel 4
genoemd, vrijgesteld.
Als on- en minvermogenden worden voor de toepas-
sing van deze verordening aangemerkt diegenen, waar-
v°or de maatstaf, vermeld in artikel 4, minder bédraaqt
dan 26.a
Artikel 6.
Alle volgens deze verordening verschuldigde rechten
worden uitgedrukt in een veelvoud van tien cent, zo
nodig met afronding naar beneden.
Artikel 7.
Indien bijzondere omstandigheden hiertoe aanleiding
geven, kunnen burgemeester en wethouders gehele of
gedeeltelijke ontheffing verlenen van de aanslag. Die
ontheffing moet door de belanghebbende worden ge-
vraagd binnen drie maanden nadat het bedrag te zijner
kennis is gebracht.
Artikel 8.
Onjuiste aanslagen kunnen ambtshalve worden her-
steld.
Artikel 9.
De invordering van de rechten geschiedt door of
namens de gemeente-ontvanger.
Artikel 10.
Zodra kosten worden gemaakt als bedoeld in artikel 1,
