112 28 December 1950.
4e Afd.
VERGUNNINGS- EN VERLOFSRECHT
VOLGENS DE DRANKWET.
Aan de Raad,
De wet van 7 Juni 1950 Stbl. K 204 en het Koninklijk
Besluit van 11 Augustus 1950 Stbl. K 355 hebben enige
wijzigingen gebracht in de Drankwet 1931 Stbl. 476
en het Drankwetbesluit 1932. De voor de gemeente van
belang zijnde veranderingen betreffen het vergunnings-
recht en het verlofsrecht.
Volgens de nieuwe tarieven, welke voor het eerst
mogen worden toegepast over het op 1 Mei 1951 aan-
vangende vergunnings- en verlofsjaar, zal in den ver-
volge verschuldigd zijn voor een vergunning, verleend
voor een nieuw bedrijf, voor de eerste maal 170.
(thans 100.voor een hotelvergunning, maximaal
45.(thans f 25.en voor een verlof A 45.
(thans 25.De opbréngst van het vergunnings-
recht en het verlofsrecht wordt aan de hand van deze
nieuwe tarieven voor de begroting van 1951 geschat op
respectievelijk 2500.30.en 540,Zoals U
bekend zal zijn moet de helft van het hotelvergunnings-
recht en het verlofsrecht aan het rijk worden afge-
dragen.
Uit het bovenvermelde vloeit voort de noodzakelijk-
heid tot wijziging van de verordening op de heffing
van vergunnings- en verlofsrechten.
Wij menen hierbij tevens gebruik te moeten maken
van de door de wet van 22 April 1937 Stbl. 311, tot
wijziging van de Gemeentewet, geboden gelegenheid
°m de heffings- en invorderingsvérordening in één be-
sluit samen te vatten.
Het ontwerp van deze nieuwe verordening bieden wij
U hierbij ter vaststelling aan.
Heemstede, 13 December 1950.
Burgemeester en wethouders van Heemstede,
A. G. A. van Rappard.
De secretaris,
N. Vos.