1 Maart 1951.
107
Volgno. 472. Kosten verbonden aan een sport- en
culturele uitwisseling met het buitenland.
De heer Mr. Dr. van Bruggen kan als ondervoor-
zitter van de Intereuropese beweging van harte met
deze post instemmen, maar als medelid kan hij er, onder
de indruk van de huidige omstandigheden, zijn stem
niet aan geven.
De heer Mr. Zeelenberg zegt, dat aan deze uitzen-
ding mensen deelnemen, die voor het merejideel niet in
staat zijn om privé naar het buitenland te gaan. Wan-
neer de uitwisseling uitsluitend beter-gesitueerden be-
trof, dan zou spreker niet voor de subsidie voelen. Juist
omdat dit niet het geval is, voelt spreker wel voor deze
bijdrage, ook omdat hij een dergelijk internationaal
contact wel van belang acht.
De heer Mr. Pliester zegt, dat zijn dochtertje vier
weken geleden al een circulaire over deze uitwisseling
heeft ontvangen, waaruit bleek, dat tot deze trip al
was besloten, terwijl daarin tevens als kosten f 85.
werd opgegeven, waarmede men dan van alles af was.
Spreker kan zich niet veroorloven zijn dochtertje voor
f 85.naar het buitenland te sturen buiten gewone
vacantie en hij vindt het ook niet juist, dat daarvoor
door de gemeente gelden worden gevoteerd.
De heer Reijnders heeft bij de algemene beschouwin-
gen zijn bezwaren tegen deze uitgaaf al ontwikkeld.
Tegen de heer Mr. Zeelenberg wil spreker zeggen, dat
indien deze zijn kinderen niet met vacantie kan sturen,
hij er ook niet mee in mag stemmen dit bedrag te vo-
teren. Spreker doet het voorstel om het onder dit volg-
nummer geraamde bedrag van de begroting af te
voeren.
Bij informatie door de Voorzitter blijkt dit voorstel
voldoende uit de raad te worden ondersteund.
De heer Verspoor zegt, dat hij na het voor en tegen
te hebben overwogen, van mening is dat deze bijdrage
wel verantwoord genoemd kan worden.
De heer van der Linden vindt het niet juist, dat
alleen de beter gesitueerden aan deze uitwisseling kun-