175 31 Mei 1951.
De heer Ir Kooijmans heeft met belangstelling het rapport van de
schoolarts gelezen. Daarbij is het hem opgevallen dat 1146 kinderen uit
Heemstede zijn onderzocht tegenover 1765 uit Bloemendaal De onderlinge
verhoudmg van de bevolkingscijfers is daarmede niet in overeenstemming.
Uit het rapport blijkt voorts, dat de algemene toestand van de kinderen
gunstig îs. Zo zijn er in Heemstede 19 gevallen van struma bij de kinderen
geconstateerd, dus pl.m. 2 hetgeen laag is, omdat het percentage voor
het hele land hoger ligt. Voor rhachitis en long t.b.c. zijn de cijfers res-
pectievehjk 4 en 2, hetgeen alles zeer gunstig is. Daar staat tegenover
dat het merendeel van de kmderen een matig goede gezondheid geniet
Bij de oudere kmderen zijn deze cijfers 399 matig tegen 254 goed. Bii de
le klas leerhngen 124 goed, 92 matig en bij de kleuters 93 goed, 25 matig
14 ^inderen was de algehele lichamelijke toestand slecht. Spreker zou
graag zien, dat de schoolarts in het kort aangeeft hoe hij oordeelt over
de toestand van de kinderen.
Voorts merkt de schoolarts op, dat de verlichting in de scholen niet
îdeaal îs. Hij beveelt T.L., lampen aan, waar de inspecteur van het lager
onderwijs echter tegen is. Spreker geeft in overweging bij de poging om
T.L lampen te krijgen naar dit rapport van de schoolarts te verwiizen.
Verder blijkt uit het verslag, dat heel wat ouders bij het onderzoek van
de kmderen met tegenwoordig zijn. Dit was ongeveer 15
Ook wordt aangehaald, dat de schoolarts door sommige huisartsen nog
f::f ,ee? "warskijker wordt aangezien, waardoor zijn werk wordt bemoei-
iijkt. Spreker vindt het een leerzaam rapport.
De heer Disselkoen, wethouder, antwoordt, dat het feit dat het aantal
onderzochte kinderen in Bloemendaal dit jaar groter is dan van Heemstede
geheel toevallig is. Gezien over een reeks van jaren verhouden deze aan-
tallen zich als de bevolkingscijfers. Het iaatste jaar zijn er in Bioemendaal
enige nieuwe scholen bij de Dienst gekomen, waarvan de kinderen voor de
eerste maal onderzocht werden. De gezondheidstoestand van de Heem-
steedse kinderen is goed te noemen, naar de mening van de schoolarts en
de inspecteur van de volksgezondheid. De indruk, die het rapport wekt,
îs afhankelijk van de wijze waarop de cijfers worden gegroepeerd. De
indeling van de rubrieken is eigenlijk fout. Deze moest zo zijn, dat de
eerste 3 groepen van de algemeen lichamelijke toestand bij elkaar worden
geteld en de 4e groep apart wordt genomen. Voor een leek geeft de ge-
volgde indeling een verkeerd beeld. Van de dan overblijvende 14 kinderen
wier gezondheidstoestand slecht is, is nagegaaq of zij uit een bepaald
maatschappelijk milieu komen. Gebleken is, dat daarmede geen verband
bestond. Wel zijn er aanwijzingen dat het tegendeel het geval is. De kin-
deren kwamen merendeels uit betere gezinnen, waarbij als oorzaken van
de slechte gezondheidstoestand mogen worden aangenomen: snoepen en
verwend worden. Ook kunnen zich toevallige omstandigheden voordoen,
b.v. als een kind vlak na een ernstige ziekte door de schoolarts wordt
onderzocht, De cijfers zijn echter over het algemeen geruststellend De
kwestie van de T.L.-verlichting heeft de aandacht van burgemeester en
wethouders.
Wat het bijwonen van het onderzoek door de ouders betreft, merkt
spreker op, dat, indien aan ouders bij een eerste onderzoek van hun kinderen
blijkt dat het onderzoek vertrouwenwekkend is, zij bij een derde onder-
zoek minder geneigd zullen zijn mede te komen, wetende dat het kind in
goede handen is.
De heer Zegwaart wil nog tegen het gebruik van T.L.-lampen waar-
schuwen. Spreker heeft op zijn kantoor meegemaakt, dat een typiste na
een uur arbeid in deze verlichting, klachten heeft over hoofdpijn, hetwelk
door de dokter mogelijk werd geacht. Spreker zou willen aanraden bij het
overgaan op T.L.-lampen zlch door deskundigen te doen voorlichten.