6 December 1951. 2e Afd.
BENOEMING ONDERWIJZEK BRONSTEESCHOOL U.L.O.
Aan de Raad,
Op grond van de toename van het aantal leerlingen der Bronsteeschool
u.l.o werd door de Minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen met
toepassing van art. 56, 2e lid der Lager-onderwijswet 1920 goedgevonden,
dat boven het aantal verplichte leerkrachten één onderwijzer extra aai
genoemde school verbonden is, wiens wedde dus door het Rijk wordt
vergoed Inmiddels is het gemiddeld aantal leerlingen over 1951, geldende
als maatstaf voor de bepaling van het aantal in 1952 verplichte leer-
krachten, bekend en vloeit hieruit voort dat dit aantal met een stijgt.
Het hôofd der school heeft ons, naar aanleiding van de ontvangen
sollicitaties, zijn bericht als bedoeld in art. 36, 8e lid der wet ingezonden.
terwijl naar aanleiding van dat bericht met de inspecteur van het lager
onderwijs in de inspectie Amstelveen overleg is gepleegd over de op te
maken voordracht.
Naar aanleiding van deze stukken hebben wij de volgende voordracht
opgemaakt
1. H. J. Oonk, onderwijzer openbare u.l.o. school te Epe;
2. A. M. de Bruin, onderwijzer openbare u.l.o. school te Bussum;
3. G. L. de Rhoter, onderwijzer openbare u.l.o. school te Oud-Beijerland.
Wij stellen U voor over te gaan tot de benoeming van een onderwijzer
aan genoemde school en de benoeming te laten ingaan op een nader door
ons te bepalen datum.
De betrekkelijke stukken liggen ten Raadhuize voor U ter înzage.
Heemstede, 28 November 1951.
Burgemeester en wethouders van Heemstede,
A. G. A. van Rappard.
De secretaris,
N. Vos.
Behoort bij de notulen van de vergadering van de raad van 6 Decem-
ber 1951.
De voorzitter,