70 28 Februari 1952. II. WIJZIGING AMBTENARENREGLEMENT EN w WERKLIEDENREGLEMENT. g Het voorstel met ontwerp-besluiten is opgenomen in de gedrukte b stukken onder volgno. b 15. Wijziging ambtenaren- en werkliedenreglement. n 12e Wijziging ambtenarenreglement. Wijziging werkliedenreglement. h Het spijt de heer Mr Pliester dat hij de vergadering bij dit punt moet b ophouden, maar hij wil zijn standpunt ten deze even nader uiteen zetten. Sprekers bezwaren gaan nu niet tegen het systeem om aan de gemeente te verzoeken een bepaalde regeling in te voeren, hoewel hij dit systeem r< niet bewondert, als wel tegen de inhoud van de regeling zelf. Spreker zal niet vallen over het door de Minister President aanhalen van artikel 97a van het Algemeen Rijks Ambtenarenreglement hetwelk het leven van een ambtenaar in concubinaat behandelt, omdat hier ken- nelijk een fout in het geding is en artikel 97b bedoeld wordt. Spreker wijst er op, dat in het ambtenarenreglement reeds een regeling d: is getroffen, waarbij ontslag kan worden verleend op grond van revolu- b tionnaire gezindheid of wegens het lid zijn van een nader aangewezen o] verboden vereniging of daaraan steim te verlenen. Doel en strekking van z< deze regeling is dus wel degelijk het verwijderen van revolutionnaire elementen. Het is niet bewezen, dat deze regeling ondeugdelijk is bevon- den. Het eerste lid van het nieuwe artikel van het Ambtenarenreglement zc spreekt er echter van dat al ontslag kan worden verleend als uit de ge- jj, dragingen van de ambtenaar een zodanige gezindheid blijkt, dat geen m voldoende waarborg aanwezig is, dat hij zijn plicht als ambtenaar onder jj( alle omstandigheden getrouwelijk zal volbrengen. Spreker acht het zc daarom bezwaarlijk om dit eerste lid zonder meer over te nemen, omdat m hier ook andere dingen onder kunnen worden begrepen die niets te maken pt hebben met de nationale betrouwbaarheid. Eén stap verder en de amb- er tenaar die niet in de geest van het college werkt, kan op grond van dit eerste lid ontslagen worden. er Het tweede lid geeft vervolgens aan, dat een gedraging als in het eerste fe lid bedoeld, onder meer aanwezig is, indien een ambtenaar lid is van een W) nader aan te geven verboden vereniging. Spreker acht deze redactie niet 0f gelukkig gekozen. va Bovendien heeft de Minister van binnenlandse zaken, in een circulaire ar van October 1938, bepaald, dat de toen plaats gehad hebbende wijziging na van artikel 97b van het A.R.A.R. geen wijziging van de in de rechts- va positieregelingen der overige publiekrechtelijke lichamen voorkomende js bepalingen inzake ontslag wegens revolutionnaire gezindheid tengevolge bij diende te hebben, onder vermelding, dat de gewijzigde redactie niet onge- ]jc wijzigd zou kunnen worden overgenomen en ook dan nog in haar toepas- j^j sing tot vele moeilijkheden aanleiding zou kunnen geven. de Spreker ziet ook thans geen enkel argument om de voorgestelde redac- W{ tie nu wel in de reglementen voor ambtenaren en werklieden op te nemen. gj, De betrekkelijke circulaire van de Minister van binnenlandse zaken bepleit dil dit wel op grond van het brengen van eenheid in deze materie, maar va spreker vraagt zich af waarom alle gemeenten voor de moeilijkheid moeten worden gesteld om een eventueel ontslag te verlenen. Grondwettelijk kon ajj men deze zaak niet eens tot stand brengen. cla De commissie als bedoeld in artikel 97b van het A.R.A.R. is door de minister aangewezen om inzake ontslagverlening van advies te dienen, jer welk advies echter ook weer niet bindend is. Deze commissie oordeelt gei over deze ontslagverlening los van Hoofdstuk IX van het A.R.A.R., dat ge- aangeeft, dat in geval van beroep van de ontslagene, een verdediger bej

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1952 | | pagina 2