25
27 Maart 1952.
2e Afd.
GELDLEMXÜ 100.000.—.
De Raad der gemeente Heemstede;
Gehoord het voorstel van burgemeester en wethouders;
Gelet op de artikelen 170 en 228 der gemeentewet;
BESLUIT:
met de Vereeniging van Levensverzekering en Lijfrente „De Groot-
Noordhollandsche van 1845", gevestigd te Amsterdam, een geldlenmg aan
te gaan ten bedrage van /100.000,— (één honderdduizend gulden) koers
100 op te nemen op een nader door burgemeester en wethouders m
overleg met geldgeefster te bepalen datum en verder op de grondslag van
de navolgende bepalingen:
1 De gemeente verbindt zich de lening pari af te lossen in veertig
jaren en wel in de jaren 1953 tot en met 1992 telkens 2500.— per
jaar, behoudens het recht van genoemde Vereniging aflossing ineens
van het restant van de lening te vorderen, op de voet van het sub 9
hierna bepaalde.
Deze aflossingen moeten elk jaar worden voldaan op een naaer
overeen te komen datum, de eerste aflossing een jaar na de datum
van opname der gelden.
2. Binnen een tijdvak van 10 jaren na de datum van opname der gelden
zal de gemeente niet meer dan de onder 1 genoemde jaarlijkse
bedragen mogen aflossen en is versterkte of algehele aflossing dus
uitgesloten.
3. Na afloop van het onder 2 aangegeven tijdvak heeft de gemeente
tot en met 5 jaren daarna het recht, met inachtneming van een opzeg-
gingstermijn van drie maanden, en alléén op de afiossingsverschijn-
dagen, meer dan de sub 1 genoemde jaarlijkse bedragen af te lossen,
of wel tot geheie aflossing over te gaan, doch moet zij, wanneer
van dit recht gebruik wordt gemaakt, over en tegelijk met hetgeen
boven de onder 1 genoemde bedragen wordt afgelost, extra
betalen.
4. Op of na de datum, waarop het onder 3 genoemde tijdvak is verstre-
ken, is het de gemeente geoorloofd, met inachtneming van een
opzeggingstermijn van drie maanden, en alléén op de aflossings-
verschijndagen, het restant van de lening geheei of extra-gedeeltelrjk
af te lossen, onder bijbetaling van een vergoeding voor deze ver-
vroegde aflossing ad 1%-.
5. De gemeente verbindt zich om over het nominale bedrag van de
lening, of het onafgeloste gedeelte daarvan, aan de Vereeniging een
rente te betalen, berekend tegen vier één/vierde ten honderd per jaar,
aanvangende op de hiervoor genoemde datum van uitbetaling van de
leningsgelden en te voldoen in halfjaarlijkse termijnen op nader
overeen te komen data van elk jaar, vervallende de eerste termijn
6 maanden na de datum van opname der gelden.
6. Alle betalingen van rente en aflossing zullen zonder kosten voor de
Vereeniging moeten worden gedaan te haren kantore, of ter plaatse
elders door haar aan te wijzen in Nederlands courant, zonder com-
pensatie.
7. Geen kwijting wordt verleend voor en aleer het aan rente en eventueel
aflossing verschuldigde bedrag in het bezit van de Vereeniging is.
8. Bij niet prompte voldoening van enige voor aflossing of rente ver-
