72
28 Augustus 1952.
2e Afd.
WIJZIGtNG BESLUÎT STEUN „HEEMSTEDE'S BELANG".
Aan de Raad,
In het oorspronkelljke raadsbesluit van 29 October 1920, waarbij door
de gemeente steun werd verleend voor de bouw van 69 middenstands-
woningen door de Woningbouwvereniging ,,Heemstede's Belang" alhier,
werd bepaald, dat het voorschot in ten hoogste 75 jaar moet worden
afgelost. Omdat daartegen bij Gedeputeerde Staten dezer provincie be-
zwaren bestonden, werd deze termijn echter teruggebracht op 50 jaar.
Door daling van de lonen en door het leegstaan van woningen werd in
1934 sterke aandrang op het gemeentebestuur uitgeoefend om te komen
tot huurverlaging. Ter compensatie van de daaruit voortvloeiende min-
dere huuropbrengst werd bij raadsbesluit van 31 Mei 1934, no. 37, de
termijn weer bepaald op 75 jaar. De Minister van Sociale Zaken deelde
bij sehrijven van 3 Mei 1934, no. 3451 M/Ld 88, Afd. Volksgezondheid,
mede tegen de verlenging geen bezwaar te hebben.
Kort na genoemd raadsbesluit, en wel bij circulaire van 7 December
1934, werd de aflossingstermijn voor Woningwetvoorschotten eveneens
gebracht op 75 jaar. Op grond van daartegen gerezen bezwaren werd deze
maatregel weer ongedaan gemaakt bij circulaire van 9 Mei 1935.
Met betrekking tot het in de aanhef bedoelde complex is bij ons twijfel
gerezen, of haar economische bruikbaarheid inderdaad tot 1998, het laat-
ste jaar waarover de annuïteit verschuldigd is, als verzekerd kan worden
beschouwd. Waar thans nog niet de helft van de termijn van 75 jaar
verstreken is, kan momenteel bezwaarlijk over die bruikbaarheid een
definitieve uitspraak worden gedaan. Op het gebied van de woningbouw
en de woonzeden kunnen de inzichten zich tot aan 1998 echter weer in-
grijpend wijzigen, zodat wij het minder juist achten de termijn van af-
lossing op 75 jaar te handhaven.
Een langere tijd dan 50 jaar, of in dit geval 52 jaar, omdat voor de
meeste Woningwetcomplexen door opschorting van de aflossing gedurende
2 jaar de termijn tot 52 jaar is verlengd, komt ons niet raadzaam voor,
Wij stellen U daarom voor de termijn voor aflossing van het voorschot
aan de gemeente terug te brengen van 75 jaar tot 52 jaar. De exploitatie
wordt daardoor met een hogere annuïteit belast, welke de vereniging aan
de gemeente verschuldigd is, tengevolge waarvan in plaats van enig batig
saldo dan een nadelig saldo op de exploitatie zal ontstaan. Dit laatste
wordt, ter nadere verrekening, door de gemeente vergoed.
In verband met een en ander zal ook de afschrijving door de gemeente
op de kapitaalschuld voor dit doel verhoogd dienen te worden.
Wij hebben ons te dezer zake gewend tot de Minister van Wederopbouw
en Volkshuisvesting, omdat destijds voor de bouw van deze woningen ook
uit 's Rijks kas een bijdrage fonds perdu is verleend en een maatregel
als de door ons beoogde, zoals wij reeds schreven, het saldo beïnvloedt.
Ons werd medegedeeld, dat tegen ons voorstel geen bezwaar bestaat.
Deze maatregel geldt dan uiteraard ook voor het 2e voorschot, ver-
leend krachtens raadsbesluit van 25 October 1934, no. 100.
Op grond van een en ander stellen wlj U voor het hierbijgaande ont-
werp-besluit vast te stellen.
Heemstede, 30 Juli 1952.
Burgemeester en wethouders van Heemstede,
A. G. A. van Rappard.
De seeretaris,
N. Vos.