206
27 November 1952.
sie voor de volkshuisvesting zijn bezwaren tegen dit voorstel reeds ken-
baar gemaakt. Spreker heeft daaraan niet veel toe te voegen. Hij is van
oordeel, dat het niet de bedoeling is dat het wandelbos bestemd wordt
voor woningbouw. Bovendien acht hij de daaraan ten laste te leggen
kosten te hoog, terwijl er z.i. zeker nog 20 van de raming bijkomt. Voor
dat geld zijn zeker betere woningen in de gemeente te bouwen. Spreker
wijst er op, dat de woningen, die bij het oude slot worden gebouwd, goed-
koper zijn, terwijl de inhoud van die woningen groter is. Hij; vreest, dat
de woningen in het wandelbos niet in trek zullen komen, omdat zij
oncomfortabel zijn qua indeling en plaats.
De heer Verspoor kan de bezwaren van de vorige sprekers over het
algemeen wel onderschrijven. Persoonlijk, en spreker meent de raad ook
wel, is hij voorstander van behoud van de oranjerie. TUssen de deskundigen
bestaat er echter verschil van mening of de oranjerie oudheidkundige
waarde heeft. Monumentenzorg is voorstander van afbraak, Heemschut
daarentegen ziet het gebouw gaarne behouden. Het voorstel tot het over-
brengen van de oranjerie naar het Openluchtmuseum te Arnhem had de
instemming van de raad. Spreker maakt zich evenwel sterk, dat, als de
oranjerie door Heemstede behouden had kunnen worden, zonder de bekende
grote financiële bezwaren, er zeker ook wel een doel voor het gebouw
gevonden zou zijn. Wat men nu doet is echter niet anders dan het maken
van modeme woningen met een antiek schortje. Deze wijze van werken
noemt men in de bouwwereld een architectonische leugen. In de vergade-
ring der raadscommissies is door de voorzitter daarvan er op gewezen,
dat er geen andere grond voor woningbouw in de gemeente meer aan-
wezig was, waarop spreker een suggestie gedaan heeft hoe die gelegen-
heid tot bouwen wel verkregen kan worden.
Spreker is tegen het voorstel van burgemeester en wethouders.
De heer Verhoeven vraagt of er bij het plan rekening gehouden is met
het na zonsondergang afsluiten van het park.
De heer Mr Zeelenberg kan zich niet aan de indruk onttrekken, dat
de gemaakte bezwaren erg overdreven zijn. Hoewel er bezwaren aan het
voorstel kleven, zal zijn fractie na rijp beraad zijn stem aan het voorstel
geven. Spreker vindt het niet aardig van de heer Reijnders om degene, die
uitvoering van dit plan mogelijk maakt, maar uit te krijten voor eer
fantast. Toen spreker dit voorstel bestudeerde was zijn gedachte: ,,Wat
plezierig, dat er nog mensen zijn, die voor een dergelijk doel geld over
hebben."
Spreker neemt het argument van de heer Kamerbeek, dat hier geen
vrije concurrentie heeft plaats gehad, eigenlijk niet au serieux. Men kan toch
moeilijk verlangen, dat burgemeester en wethouders de boer op gaan om
architecten te vinden, die bereid zijn om f 40.000.in dit plan te steken
en bovendien een oude moeder hebben, die daar wil wonen.
De bezwaren van de heren Mr van Wijk en Ir Kooijmans waren wel
juist, maar overdreven. Dit zullen geen arbeiderswoningen worden, maar
woningen voor middenstanders op gevorderde leeftijd, dus zonder kleine
kinderen. Spreker stelt zich voor, dat burgemeester en wethouders aan
de bewonlng van deze huizen zeker eisen van aesthetische aard zullen
stellen, zoals i.z. het aanbrengen van zonneschermen van dezelfde soort
en eenzelfde verfkleur voor de huizen. A1 zou het geheel dan het idee van
een hofje verkrijgen, dan vindt spreker dat nog niet erg. In deze gemeente
zijn nog wel andere blokken van huizen, die meer onaangenaam aandoen
dan hier het geval zal zijn.
Het argument, dat een recreatie-oord veranderd wordt in een woonwijk,
vindt spreker ook overdreven. Hier zullen een aantal rustjge mensen
zonder kinderen komen wonen, zodat voor voetbailen en andere kinder-
speien voor de woningen, geen vrees behoeft te bestaan. Onder voorbehoud