19 Februari 1953. 47
algemene beschouwingen naar voren gebracht. Spreker acht het daarom
juist, als ook hij ten overstaan van de raad zijn standpunt wat uitvoerig-er
toelicht.
Hij wil dan voorop stellen dat de mogelijkheid, dat de rijksbijdragen en
-subsidies voldoende zullen zijn om de hogere kosten geheel op te vangen,
voorlopig wel een vrome wens zal blijven, zo niet een utopie, zodat dé
gemeente derhalve wel genoodzaakt zal zijn op andere wijze eventuele
tekorten aan te zuiveren.
Vragen wij ons af, welke belangrijke kapitaalsuitgaven zijn reeds ge-
voteerd en welke staan ons in een niet al te verre toekomst te wachten
dan dienen wij ons daarbij tevens af te vragen, welke lasten brengen dezé
kapitaalsuitgaven mede voor de gewone dienst, dus welke bedragen aan
aflossing, rente, afschrijving, onderhoudskosten enz. hiermede gemoeid
zijn, en die tezamen een jaarlijks weerkerende post op de begroting
vormen. En wij dienen dan na te gaan of, en zo ja, welke bronnen van
înkomsten deze uitgaven kunnen dekken en in welke mate. Voeren zij
°ns uitemdelijk naar een begrotingstekort en hoe is dan zulk een tekort
aan te zuiveren
Blijft ons streven er in eerste instantie op gericht een sluitende be-
grotmg te verkrijgeii, dan dient men toch ook hierbij de nodige omzich-
tigheid te netrachten en niet alleen het potlood te hanteren om dit resul-
taat te bereiken. Dan dient rekening te worden gehouden met aard en
karakter van onze gemeente, met volkomen gerechtvaardigde eisen aan
,van zaken te stellen en mogen wij niet vervallen in het toepassen van
verkeerde zumigheid, die ons later voor nog hogere lasten zou plaatsen
of zou afbreken wat eens met zorg is opgebouwd.
Blijkt dan als gevolg van de voortschrijdende evolutie het vooruitzicht
te bestaan op bhjvende tekorten op de begroting, ja zelfs van toenemende
tekorten, dan blijven er slechts twee wegen open om deze aan te zuiveren:
of door aanvulhng uit de reseves, ôf door het aanboren van bronnen van
mkomsten.
De eerste oplossing is de gemakkelijkste en zo op het eerste oog bezien
meest aannemelijke, maar men kan zich afvragen of het wel de iuiste
weg zou zijn om de reserves op deze wijze op te tlren.
sDrekerTiT/lTTu' !iet aanboren van bronnen van inkomsten, kan
ôf rtnnr rllL omstandigheden niet anders voorstellen dan
in casu de straTtbeultingbedrljfswmsten ôf door verhoging van belasting,
tofhetT0/"11;? derbedrijfswinsten' door middel van tariefsverhoging
zll zeker nie|ghi? mnn g, n V°°r het sluitend maken van de begroting,
zai zeker met bij elk der leden mstemming vinden.
dankbare'nfaaDegeh StraatbelastinS is oök Seen prettige en zeker geen
gesïteld hwlnnnee|Ur/ei;eeSter 6n wethouders dit reeds in het vooruitzicht
doortre'kkinsr van i Van de rloolwaterzuiveringsinstallatie en de
vloeien allefn ree rlolerm8' naar de Glip gereed komen. En welke lasten
te dekken bedrlt n, daarult voort Volgens globale berekening zal het
en zafwnnbneederrag daarvoor zeker meer dan 100.000— worden
i^ren de ffra/h f f an 6rf mkomsten beschikbaar komen, over enkele
jaren de straatbelastmg met 2% verhoogd moeten worden.
eeenszins^vnlfof661/61'6 posten' waarvan de vergoeding door het Rijk nog
E^toekZstnllnne6/ h °°k "°g rekenin& houden met even-
hetbeeld vnTeen f 'h tn Zal de raad het met sPreker eens zijn, dat
bedacht Teten nltende begrotmg steeds verder van ons afdrijft en dat wij
bedacht moeten zijn op een blijvend tekort met alle consequenties daar-
gemeenfe^rTénrnfen61,11161!0 ffr aan herlnnerd' dat de opeenvolgende
g meente rekenmgen der laatste jaren een batig saldo te zien hebben