19 Februari 1953.
51
houders ongeveer een jaar geleden over deze kwestie aan de raad hebben
aangeboden. Daarom kan bij de raad nu de vraag rijzen hoe burgemeester
en wethouders tot een veranderd inzicht zijn gekomen en de wensen van
Haarlem op dit punt willen inwilligen. Daarvoor zijn drie redenen aan-
wezig. In de eerste plaats is deze materie een onderdeel van een complex
van vraagstukken tussen Haarlem en Heemstede, wat om een oplossing
vraagt. In de tweede plaats achten burgemeester en wethouders het
mogelijk aan een compromis met Haarlem mede te werken nu deze ge-
meente haar eisen sterk gematigd heeft, vergeleken bij een jaar geleden
Van een vergoeding van 100 der ten laste van Haarlem blijvende kosten
is men gezakt op 50 en dan nog met een overgangstijd van drie jaren.
Dit is mede een factor, welke het Heemstede gemakkelijk heeft gemaakt
de Haarlemse voorwaarden te aanvaarden. In de derde plaats moet
bedacht worden, dat, wanneer men zegt geen goed woord over te hebben
voor de handelwijze van Haarlem, dit beeld slechts een momentopname
weergeeft. Tussen de twee wereldoorlogen heeft Heemstede zich snel ontwik-
keld tot een flinke forensengemeente. Wanneer men deze mensen tot zich
wii trekken, dan zal men goed M.O. en V.H.O. moeten kunnen aanbieden.
lussen 1906 en 1935 zou Heemstede niet in staat geweest zijn aan deze
behoefte zelf te voldoen. De Heemsteedse groei is voor een niet gerin^
deel mede te danken aan het goede middelbaar onderwijs te Haarlerm
Het îs zeker juist ook dit facet te bezien. Haarlem zal echter zeker géén vrij-
bnef mogen hebben om in de toekomst voort te gaan alles eigenmachtig te
regelen. Daar zouden burgemeester en wethouders positief afwijzend
tegenover staan. Burgemeester en wethouders zijn echter evenzeer over-
tuigd, dat het in gang zijnde overleg met Haarlem de vrees daarvoor kan
bannen en iets dergelijks in de toekomst niet zonder voorkennis van
i emstede zal geschieden. Evenmin behoeft vrees te bestaan, dat Haar-
lem deze 50 als afbetaling zal beschouwen. Burgemeester en wethouders
zqn er van overtuigd, dat ook Haarlem de thans aanvaarde oplossing als
eindpunt aanvaardt. De heer Verhoeven heeft gevraagd of een en ander
ook consequenties heeft voor het bijzonder onderwijs. Spreker beantwoordt
deze vraag met „neen" wanneer hij bedenkt, dat geen enkele bijzondere
school zoveel op het onderwijs van de Heemsteedse leerlingen toelegt als
e gemeente Haarlem en met „ja", omdat burgemeester en wethouders
njven openstaan voor nader overleg met de bijzondere scholen, met als
richtingSPUn herzienin& van de bijdrage aan deze scholen in opwaartse
iiaÜLÏu Ähl Zeelenberg heeft de verschillende memorieposten in de
echw !nS aangeroerd' Het 0Pnemen van deze posten betekent
vln hPnI1nIImomefr n ^at burg'emeester en wethouders zwanger gaan
begroünï' Deze^?' mt °°k tot Uiting in de geleideneta bij de
ra5™; ng',Deze Posten waren m vorige jaren ook al voor memorie ge-
nen geen gevnlff611 dUS °P zlchzelf niets nienws. Toen is aan deze plan-
Wamfper /eë:even de bestaande investeringsmoeilijkheden.
tieTn dar^vnnHeee Postei1 aanvaardt heeft dit geen andere consequen-
hfhnfln F voorlopig maagdelijk op de begroting blijven staan. Uiteraard
ter zake urgemeester en wethouders zich de vrijheid voor te zijner tijd
een aanriniriinC°n 6 plannen te komen. De posten betekenen dus alleen
vaarding def hem bepaalde riehting en de raad bindt zich bij aan-
ringsmoeilhkhed f vooralsn°g tot niets concreets. Nu de investe-
wetho^ders ln 1116 aanwezig ziJn, kunnen burgemeestei en
school aan ri homen °'m- met plannen voor de bouw van een kleuter-
hfhiie h f Voorweg en de uitbreiding van de openbare leeszaal en
werkincf0 t u6er Mr Zeelenberg heeft voorts gepleit voor samen-
verin o- nabunge gemeenten om gezamenlijk de stroom- en gasle-
naalde mff h lngezetenen te verzorgen en voorgesteld om in deze be-
I aalde imtiatieven van de gemeente Heemstede te doen uitgaan om tot