58
19 Februari 1953.
in commissies. Dat de commissies over alle fracties verdeeld zijn is ook
niet juist. De begroting behoort door de raad in zijn geheel te worden
behandeld omdat de raad als geheel voor het totale gemeentebeleid ver-
antwoordelijk is en niet voor het speciale deel dat in een commissie is
behandeld. Sprekers jarenlange ervaring heeft hem geleerd, dat een be-
handeling in afdelingen de voorkeur verdient en dat als gevolg daarvan
in de openbare vergadering minder gezegd zal worden, niet waar is.
Inzake sprekers gemaakte opmerking over de planologische dienst en
,,haar" werkwijze, heeft de voorzitter medegedeeld, dat het overleg met
de planologische dienst nog hangende is. Toch adviseert spreker de door
de raad geuite klachten aan gedeputeerde staten kenbaar te maken,
mogelijk komt er dan wat schot in de werkwijze van de planologische
dienst. Spreker zou in dit verband een woord van Kuijper willen aan-
halen: ,,Wij kunnen niet veel dagen en nachten meer wachten". Er heerst
woningnood! Als de gemeentc niet de beschikking krijgt over grond
waarop woningen kunnen worden gebouwd, dan loopt het woningbouw-
programma van de gemeente vast. De mensen moeten kunnen wonen.
Dit algemeen belang gaat boven de technische en aesthetische wensen
van de planologische dienst.
Het vraagstuk van een eigen ziektekostenregeling voor ambtenaren
acht spreker zeer ingewikkeld. Als er nu over gesproken wordt dan
vindt spreker dat een ontaarding van de algemene beschouwingen. Spre-
ker vraagt of het niet mogelijk is voor deze bijzondere kwestie een spe-
ciale commissie in te stellen die daarover rapport kan uitbrengen, waarna
naar sprekers oordeel eerst een gefundeerde behandeling in de raad
mogeiijk is.
Wel heeft spreker de wethouder van financiën reeds met zijn maiden-
speech persoonlijk gelukgewenst, doch hij wil alsnog in het openbaar
uitspreken, dat de wethouder het er goed heeft afgebracht. De wethou-
der heeft goed gezien dat wij ons over het tekort dat nu op de begroting
voorkomt geen zorgen behoeven te maken, maar dat dit tekort een
symptoom is van de gewijzigde structurele situatie. Als spreker ziet,
dat er zich in de toekomst allerlei moeilijkheden zullen voordoen door
uitgaven van blijvende aard, dan acht hij wel het moment gekomen om
de uitgaven eens goed te bekijken. Zo wil spreker ten opzichte van de
memorieposten ook de nodige terughoudendheid in acht nemen. Voor-
komen moet worden dat Heemstede noodlijdend wordt, want als men
eenmaal een noodlijdende gemeente is, dan komt er van de gemeentelijke
autonomie helemaal niets meer terecht. Dan schrijft het provinciaal be-
stuur voor, wat men doen en laten moet. En deze provinciale voogdij
kon wel eens een planologische structuur krijgen.
Spreker wil niet ingaan op het ter sprake gekomen rentegamma. Wel
wil hij nög opmerken, dat men zich hierbij te laat heeft aangepast, waar-
door de goedkoop geld politiek in een duur geld politiek is verkeerd.
Aan ae door de heer Mr Zeelenberg ter sprake gebrachte wenselijk-
heid van continuiteit van gemeenteleningen zal spreker geen beschou-
wingen wijden. In een Vereniging, waarvan de heer Mr Zeelenberg en
spreker lid zijn, zijn daarover uitvoerige besprekingen gevoerd. Zou men
op deze zaak thans dieper ingaan, dan zal dat zeker enige uren kosten.
Laten we dankbaar zijn dat de kapitaalmarkt weer voldoende ruim is.
Tenslotte wil spreker nog even blijven stilstaan bij het gesprokene
door de wethouder van onderwijs inzake het M.O. De wethouder heeft
de raad duidelijk gemaakt waarom het gemeentebestuur nu tegenover
Haarlem een andere houding kan aannemen dan verleden jaar. De wet-
houder heeft hiermede de zaak van het M.O. voor de raad aannemelijk
gemaakt. Verwacht mag worden dat Haarlem in de toekomst inzake het
M.O. gelukkiger gaat optreden. Ook heeft spreker akte genomen van
de toezegging van de wethouder dat burgemeester en wethouders de