19 Februari 1953.
61
rijkswege voor het rijkspersoneel zal worden getroffen, welke dan van
toepassing zal zijn of van toepassing zal worden verklaard op het ge-
meentepersoneel. In de tweede plaats kan het thans vrijwillige stelsel
behouden worden. Als derde mogelijkheid bestaat dan nog de toetreding
tot een regionale of provinciale regeling. Spreker meent dat een com-
missie ad hoc uit de raad voor dit geval niet op haar plaats zou zijn.
Het gemeentepersoneel heeft inmiddels de gelegenheid gehad over deze
kwestie zijn standpunt tot uitdrukking te brengen. Nu staat het college
van burgemeester en wethouders voor een moeilijke beslissing. Men mag
n.l. niet lichtvaardig de hogere ambtenaren duperen. Er zal aan burge-
meester en wethouders een behoorlijke tijd van voorbereiding moeten
worden gelaten. Spreker doet de toezegging dat rekening zal worden
gehouden met de in deze vergadering gemaakte opmerkingen. De heer
Mr Di van Bruggen kan spreker nog mededelen dat hij thans nog niet
de tijd gekomen acht voor een afdelingsonderzoek van de begroting.
Spreker verwacht hiervan geen bekorting van de beraadslagingen in
de raad. Bovendien zijn de gedrukte verslagen van het in de afdelingen
besprokene kostbaar. Spreker vraagt zich af of de wens naar het af-
delingsonderzoek is ingegeven door de gedachte dat er een leemte is
in de beantwoording van de gemaakte opmerkingen door burgemeester
en wethouders Mede in verband met de voorgenomen woningbouw kan
nu niet langer gewacht worden op de planologische dienst. Burgemees-
ter en wethouders zullen daarom aandringen bij Gedeputeerde Staten op
een spoedige afdoening van het uitbreidingsplan. De woningbouw moet
voortgang kunnen vinden. De heer Verhoeven heeft er op aangedronger
om zich, bij moeilijkheden met de N.Z.H.V.M. te wenden tot de hogere
instantie, n.l. de Nederlandse Spoorwegen. In de laatste vergadering van
burgemeester en wethouders met de directie van de NZHVM heeft het
college bewerkt, dat er geen verslechtering van de dienstregeling komt.
Burgemeester en wethouders blijven inzake de tarieven diligent. Spreker
doet de heer Verhoeven de toezegging dat ongehuwden bij de toewijzing van
woonruimten niet in een slechtere positie zullen komen dan zij die er maar
op los leven. Burgemeester en wethouders hebben een open oog voor de
onrechtvaardigheid dat zij die geen verantwoordelijkheidsbesef bezitten
zouden voorgaan bij hen die wachten. In een tijd van woningnood dient
';eg™ hen die van plan zijn in het huwelijk te treden te zeggen:
..Frobeert zelf iets te vinden". Wanneer er dan gezinsuitbreiding ver-
wacht wordt zijn burgemeester en wethouders in dat geval niet onge-
negen kuiP te verlenen. Wellicht zullen in de toekomst woningen aan
jonggehuwden kunnen worden toegewezen. De heer Mr Zeelenberg be-
loe t met ongerust te zijn dat Heemstede zich door zuinigheidsover-
wegmgen ten aanzien van de adoptie van een gemeente uit het ramp-
gebied zal laten leiden. Een voorzichtig beleid is echter vooralsnog ge-
wensît, omdat de consequenties van een dergelijke adoptie nog niet te
overzien zijn. Burgemeester en wethouders hebben wel een bedrag in
l1,1"?h0°; d00r de ^emeente beschikbaar zou kunnen worden ge-
®'e d^o^-dopt'e h"udit 00k in dat hiervoor de gehele burgerij wordt in-
fLn i,îf K^aan rechtstreekse hulp van de gemeente moeten groe-
pen uit de bevolkmg helpen. De heer Mr Zeelenberg wil het batig saldo
aer ,,r iora 1953 voor de gemeente bestemmen voor de financiële steun.
preker moet deze gedachte echter ontraden. Een eventueel batig saldo
noodzakelijk zijn voor het treffen van voorzieningen in de gemeente
Wanneer financieel steun wordt verleend, dan dient deze uit de re-
®ey7e, Wordeu /fPUt- Heemstede is een welvarende gemeente en dit
HnnJÎor eT Ultstckende bestemming zijn van die reserve, wanneer wij
menrnt lets afstaan aan de getroffen gemeente. Spreker bestrijdt de
doTtnlifit" dt heer Mr Zeelenberg dat vergoeding van het nadelig saldo
politiekosten volledige medezeggenschap door het rijk zou beteke-