f
23 25 Februari 1954.
XII. RONDVRAAG.
Autobusverkeer.
De heer Scheer zegt, dat de raadsleden deelgenoot zijn gemaakt van
de correspondentie van de heer van Dijk met burgemeester en wethouders
over schade aan woningen, die toegebracht wordt door het autobusverkeer.
Spreker vraagt of burgemeester en wethouders hierover nadere mede-
delingen kunnen doen.
De Voorzitter antwoordt, dat het zeer ongebruikelijk is, dat een corres-
pondentie tussen de gemeente en particulieren, door de particulier ter
publicatie wordt gegeven aan de couranten, zonder de gemeente daarover
in te lichten. Deze zaak is bij burgemeester en wethouders nog in studie.
In dit stadium lijkt het spreker beter thans geen nadere inlichtingen te
verstrekken.
Benoeming chef afdeling financiën.
Besteding credieten voor douche-gelegenheid woningwetwoningen,
keukens woningen Bankastraat, aankoop vrachtauto Openbare Werken.
Wethouderssalarissen.
Ontslag los personeei.
De heer Drs Weijers zegt een aantal vragen te willen stellen. Het is
niet sprekers bedoeling de vergadering langer op te houden dan nodig is,
waarom hij geen debat daarover verlangt.
1. Is in de vacature van chef van de afdeling financiën gelegenheid
geboden tot vrije sollicitatie of is de gelegenheid tot solliciteren beperkt
gebleven tot de in dienst zijnde ambtenaren? Tot welke politieke over-
tuiging behoort de benoemde
2. Bij raadsbesluiten van 29 October 1953, nos. 80, 81, 82, 82a en 82b
is een crediet verleend van f 39.250.voor het aanbrengen van douche-
gelegenheden in woningwetwoningen. Is dit crediet uitgeput? Aan wie is
gelegenheid gegeven om onderhands in te schrijven? Aan wie is het werk
gegund? Tot welke politieke overtuiging behoort deze?
De Voorzitter zegt, na het stellen van de eerste vraag, die de politieke
overtuiging van de benoemde chef van de afdeling financiën beoogt, even
geaarzeld te hebben hoe deze te beantwoorden, doch nu de tweede vraag
weer de politieke overtuiging van iemand betreft, wil spreker er de heer
Drs Weijers op wijzen, dat het in genen dele tot het politiek fatsoen be-
hoort dergelijke vragen in de raad te stellen. Indien de heer Drs Weijers
het voornemen heeft nog meer van zulke vragen te stellen, dan verzoekt
spreker ze achterwege te laten.
De heer Mr Zeeienberg wijst er op, dat de gestelde vragen op politiek
terrein liggen, Wanneer de vragenlijst nog lang is, had het z.i. op de weg
van de heer Drs Weijers gelegen zijn vragen schriftelijk bij burgemeester
en wethouders in te dienen, te meer waar hij geen debat hierover wenst.
Spreker meent, dat het college en de raad hun tijd met meer vrucht kun-
nen besteden, dan te moeten antwoorden op en luisteren naar dergelijke
vragen.
De heer Zegwaart zegt, dat de heer Drs Weijers/fcecn dobat wor-aijn
vragen voriangt, waarom japroker-or gcon bcEwaar in gict hom golcgonheid
to govcn vci'dota-vragcn tc otcllc/.
-A 1'i i i|- t> 'O t)9 ^Ca 9 1 fttt
n r/~,r-r-etr