fi,
18 Maart 1954.
van het Bedrijf voor Openbare Werken over 1952 en naar de door de
Voorzitter in de raadsvergadering van 28 Januari j.l. genoemde cijfers
over 1953.
Thans zijn van gemeentewege in aanbouw of inmiddels gereed voor be-
woning 24 Woningwetwoningen en 12 Premiewoningen bij Het Oude Slot
en is kort geleden begonnen aan de bouw van 36 étagewoningen (Premie-
bouw) en 12 Woningwetwoningen eveneens bij Het Oude Slot.
Ten behoeve van de N.V. Bouwkas Noord Nederlandse Gemeenten ziji
in dezelfde omgeving in aanbouw 16 woningen en zijn plannen in behan-
deling voor de bouw van nog 8 woningen.
Van gemeentewege zijn verder plannen in voorbereiding voor bebouwing
van het terrein aan de Laan van Insulinde en de Molenwerfslaan. Zodra
mogelijk zal hiervoor het nodige crediet worden aangevraagd. Uiteraard
zal de bouw door de gemeente hiertoe niet beperkt blijven; integendeel,
de voorziening in meer woonruimte behoudt onze volle aandacht. Vooremdat
verdere woningbouw gaan onze gedachten uit naar de terreinen, reeds ta^gebr
het bezit van de gemeente, en gelegen langs de Glipperweg en die ten Prot
Westen van de Herenweg, welke dus bouwrijp gemaakt zullen moetei
worden.
Omtrent het aan onze gemeente voor de komende jaren beschikbaar te
stellen bouwvolume bereikte ons kort geleden de zeer teleurstellende
mededeling, dat voor 1954, 1955 en 1956 aan onze gemeente in totaal
slechts een bouwvolume voor 63 woningen was toegewezen, een getal
dat ten enenmale ontoereikend is om aan de woningbehoefte tegemoet te
komen. Onze indruk was, dat genoemd cijfer niet juist kon zijn. Het werd
inmiddels verhoogd tot 101, doch ook dit cijfer is o.i. niet juist, zodat w(
onze ernstige bezwaren daartegen hebben kenbaar gemaakt.
Wij mogen er tenslotte aan herinneren, dat een aanvang is gemaakt
met het onbewoonbaar verklaren van daarvoor in aanmerking komende
woningen. Het ligt in ons voornemen daarmede zo krachtig mogelijk dooi
te gaan.
Het onderbrengen van de bewoners van de voor onbewoonbaarverklaring
in aanmerking komende huizen in andere woningen, vereist uiteraard
grote zorg.
1 !d
Rioolwaterzuiveringsinrichting en rioieringswerken.
De uitbreiding van de riolering naar het zuiden der gemeente is inmiddels
nagenoeg gereed gekomen, terwijl de aanbesteding van de rioolwater-
zuiveringsinrichting vermoedelijk binnenkort zal kunnen plaats vinden
Bij de goedkeuring door Gedeputeerde Staten van de 7e begrotingswijzi-
ging voor 1953 deelde dit college mede er genoegen mede te zullen nemen,
dat, zo lang de aanleg van een stamriool naar de Glip en de bouw van
een inrichting voor de zuivering van rioolwater nog niet gereed zijn, jaar-
lijks 1/40 deel van de kosten ten laste van de algemene reserve zal worder
gedekt. Zodra deze objecten zullen zijn voltooid, zal de afschrijving echter
op een normale wijze ten laste van de gewone dienst der begroting moetei
worden gebracht. Gedeputeerde Staten spraken het vertrouwen uit, dat
tijdig maatregelen zullen worden genomen om de middelen te verkrijgen,
die nodig zullen zijn om alle uit de bovengenoemde werken voortvloeiende
lasten te kunnen dekken.
Deze lasten worden zeer globaal door ons geraamd op 100.000.per
jaar. Een hoog bedrag weliswaar, doch met de uitvoering van deze werkei
wordt toch wel aan een zeer noodzakelijke en lang gevoelde behoefte
tegemoet gekomen. Dank zij de met Gedeputeerde Staten bereikte over-
eenstemming behoeft derhalve thans nog geen verhoging van straatbelas-
ting plaats te vinden, noch invoering van een rioolbelasting te wordei