25 Maart 1954.
97
de eisen wel juist gesteld zijn. Grijpen burgemeester en. ^^^atuurliik
te hoog Als men een Delfts ingemeur kan krijgen, îs het natuurlijk
wel goed een zodanige te benoemen, maar spreker gelooft met, dat men,
0m leiding te geven aan het gas-, duinwater. en electnciteitsbedrrjf zoals
Z hier is, een ingenieur van Delft nodig heeft. Het geven van leiding
moet men bij dit bedrijf niet te zwaar opvatten, omdat het feen 0P^e^
kingsbedrijf, maar een distributiebednjf is. Met een goede ervaren M.T.S er
of iemand met diploma Bingen, kan z.i. worden volstaan. Burgemeeste
en wethouders hebben gedacht aan een electro-techmsch mgenieur. Als
directeur van een gasfabriek ziet men vaak een scheikundig mgenieur.
Van deze opleiding waren er meerdere onder de sollicitanten. Z.i. îs een
scheikundig ingenieur zeker in staat deze bednjven te leiden. Het is jam-
mer, dat burgemeester en wethouders uit deze groep memand de tweede
plaats op de voordracht hebben gegeven. Uit de beraadslagingen van de
commissie voor de bedrijven is wel gebleken, dat er ernstige tegenstand
bestond tegen het voordragen van slechts eén candidaat.
Terugkomende op de wens van de K.V.P. om in deze betrekking een
RK te benoemennu burgemeester en wethouders als eis gesteld
hebben dat alleen een Delfts ingenieur benoembaar is en er geen
RK candidaat met dit diploma heeft gesolliciteerd, kan met deze wens
geen rekening gehouden worden. Zij komt eenvoudig niet aan de orde.
Als er wel een zodanige sollicitant was geweest, zou gehandeld kunnen
ziin overeenkomstig een der richtlijnen van het liberale politieke program-
ma dat spreker bij de algemene beschouwingen over de begrotmg naai
vor'en heeft gebracht, n.l., dat het een democratisch begmsel_ îs om de ware
man op de juiste plaats te brengen, terwijl in de stnjd om die plaats ^eden
van alle richtingen en overtuiging gelijke kansen zouden hebben Hier
zou een mooie gelegenheid zijn geweest om van de theorie praktijk te
maken. Dit alles is jammer, maar er is niets aan te doen. Spreker kan
zich niet aan de indruk onttrekken, dat burgemeester en wethouders
deze zaak anders hadden moeten aanpakken.
De heer Mr Dr van Bruggen heeft er bij de algemene beschouwingen
over de gemeentebegroting reeds op gewezen, dat een vacature voor hem
een vacature is en dat men pogen moet daarin een man te benoemen
die, wat capaciteiten betreft, het meest daarvoor is aangewezen.
Van de benoembare personen sluit spreker maar twee groepen uit, n.l.
N S B 'ers en communisten. Tussen dit gamma kan het spreker met schelen
tot welke politieke partij de te benoemen persoon behoort. Wij allen betreu-
ren het dat deze vacature is ontstaan en voelen het heengaan van de heer
Ir Duynstee als een groot verlies. Deze plaats werd echter toevallig door
een R.K. bezet. Zakelijk gesproken behoeft zij niet weer door een R.K.
directeur te worden ingenomen.
Spreker wil er tegen waarschuwen om de capaciteiten van een sollici-
tant in het openbaar te bespreken. Daarvoor is een geheime zitting van
de raad de aangewezen plaats.
De heer Drs Weijers is het eens met de heer Zegwaart, als woordvoer-
der van de K.V.P., dat er onder de sollicitanten wel candidaten zijn, die de
capaciteiten bezitten om als directeur van deze bedrijven op te treden.
Spreker is het ook eens met de heer Mr Zeelenberg, dat het vaak aan
de inhoud van de oproep ligt wat voor soort sollicitanten men krijgt. De
oproep voor deze vacature was zodanig gesteld, dat men iemand ver-
langde met de hoogst mogelijke capaciteiten. Nu men reeds een waar-
nemend directeur had, die aan de gestelde eisen voldoet, is de gestelde
oproep kennelijk bestemd geweest voor de persoon die men al had.
Uit het ambtenaren-reglement blijkt, dat de benoeming van een direc-
teur van de bedrijven door de raad geschiedt uit een voordracht van twee
personen. De vorige maal, dat zich een dergelijk geval voordeed, is dat
