ÎCü
liiKe
3 Juni 1954.
132
verhoging van het heffingspercentage. Daarom zal spreker en met hem
de V.V.D.-fractie accoord gaan met het voorstel.
De heer Drs Weijers zegt, zich indertijd tegen alle belastingverhoging
te hebben verklaard. Aangezien het hier alleen een technische wijziging
van de heffing betreft, kan spreker zich daarmede nu wel verenigen.
De heer Disselkoen, wethouder, merkt op, dat de vraag door de heer
Verspoor gesteld, reeds door de heer Mr Zeelenberg is beantwoord. Het
betreft hier inderdaad alleen een wijziging van de grondslagen waarop de
belastingheffing zal geschieden, zoals vermeld in het voorstel van bur-
gemeester en wethouders. Een en ander gaat gepaard met een kleine
afronding van het heffingspercentage. Dit zou 1.85 hebben kunnen
zijn, maar om practische redenen is het nu gesteld op 2 Het betreft
dus niet meer dan een wijziging van het systeem. Het bedrag dat hiermede
verkregen zal worden, is practisch gelijk aan de bestaande raming. Of in
de toekomst nog belastingverhoging zal plaats moeten vinden, hangt af
van de maatregelen, die de raad nog zal nemen. Dat komt t.z.t. wel aan
de orde.
De heer Ir Kooijmans zegt, indertijd het invoeren van een rioolbelasting
bepleit te hebben. De straatbelasting wordt blijkens de toelichting echter
ook gezien als een tegemoetkoming in de kosten, die de gemeente maakt
voor straatverlichting, afvoer van vuil water enz. Spreker vraagt of hij
daaruit moet concluderen, dat het niet de bedoeling van burgemeester en
wethouders is daarnaast nog een rioolbelasting te gaan heffen. Spreker
is van mening, dat een bestemmingsbelasting meer tot de mensen spreekt
dan een straatbelasting waaronder alles begrepen is.
De heer Disselkoen, wethouder, antwoordt, dat burgemeester en wet-
houders met de indiening van dit voorstel geen enkele bedoeling hebben.
T.z.t. zullen zij zich beraden of tot invoering van een rioolbelasting moet
worden overgegaan. Deze vraag is vandaag niet aan de orde.
Het ontwerp-besluit wordt vervolgens zonder hoofdelijke stemming vast-
gesteld.
VIII. SUBSIDIÉRING STICHTING CHR. AVOND-MULO
TE HAARLEM.
Het voorstel met ontwerp-besluit is opgenomen in de gedrukte stukken
onder volgno.
48. Subsidiëring Stichting christelijke avond-mulo te Haarlem.
De Voorzitter deelt mede, dat de commissie voor het onderwijs zich
hiermede kan verenigen.
Mevr. van Nispen gelooft, dat het voorstel tot het subsidiëren van een
avond-mulo een buitengewoon goed plan is. Haar en meerdere fracties
staan hier geheel achter. Er is hierbij een factor te noemen, die belang-
rijker is dan de in het voorstel opgesomde. Dit is werkelijk eerst regeren.
Hier worden ijverige kinderen gesteund die op eigen initiatief, na het
volbrengen van een hele of halve dagtaak, een cursus volgen. De hulp
die de gemeente daaraan geeft, kan niet groot en goed genoeg zijn.
De Voorzitter dankt mevr. van Nispen namens het college voor de
warme verdediging van het voorstel.
Het ontwerp-besluit wordt vervolgens zonder hoofdelijke stemming vast-
gesteld.