29 Juli 1954. 165 worden opgeroepen en naar een bepaalde plaats Bin- nen enkele minuten zijn dan techmsche mensen op de plaats van net oneeval aanwezig. Op sprekers verzoek om de sterkte van het C0^P® mcfs-en vergroten, is geantwoord, dat dit niet kan worden toegesUan, omdat zulkf consequenties met zich brengt voor andere gemeenten, maar dat een oplossing gezocht moet worden aangeschaft bnlnmiddelen Verleden jaar îs een mobilofoonmstallatie aangesc waarvan tientallen malen het nut bewezen is. De verkeersbngade îs te klein Door aanschaffing van een mobilofoon voor de motoren bestaat mogelifkheid dezf dadellk in te schakelen waar zij nodig zijn, waardoor deHeetnSm :mikee;kdant Teïe^leden deze aanschaffing niet nodig vinden. Snreker heeft echter hoop, dat de raad beseft, dat, waar in eerste mstan- tie de Hoofdinspecteur van politie het voorstel deed en spreker hiervoo bii' burgemeester en wethouders de nodige steun vond, een dergehjk voor- stel nift ^ou worden gedaan, als spreker er niet van overtuigd zou zijn w p-pwaae-de nertinent nodig is. De verantwoordmg voor een goed functionneren van de politiedienst berust niet bij de raadsleden. Spreker hoont dat de raad voldoende vertrouwen in het hoofd van de politie hee datPgeen ultgaven zullen worden gedaan die niet nodig zijn. Bovendien staat een niefwe politiewet op stapel. Het doel van deze wet is, de politie- fosten^ntegraal te vergoeden, ook de materiële kosten. Tot nu toe moet de gemeente 23 000.— tot 26.000.— per jaar voor de politie bijbetalen. Spreker ziet in deze aanschaffing een verhoging van de paraatheid van de DoUtie In een circulaire van de Minister wijst deze op de noodzaak van een verhoging van de paraatheid. Sprekerhoopt dat hetgeennaar voren heeft gebracht, de mening van de raad heeft doen veranderen. De heer Mr Zeelenberg zegt, dat de Voorzitter er niet in geslaagd îs hem van ziensvSze te d?en veranderen. Het lijkt spreker voldoende in- dien daaraan behoefte bestaat, als de mobilofoomnstallatie van de politie- auto op een motor wordt overgebracht. De heer Mr Dr van Bruggen heeft met belangstelling naar de Vooi zitter geluisterd. Zoals de Voorzitter heeft gezegd, is het voorstel van^de Hoofdinspecteur van politie gekomen, door de bur geartonto^zoch. die het vervolgens aan het college van burgemeester en wethouders vooi legde welk college er zich achter plaatste. Niet-aannemmg van het stel door de raad zou volgens de Voorzitter betekenen, dat niet voldoende vertrouwen in het college wordt gesteld. Zo moet men echter de zaak met stellen. Spreker kan zich indenken, dat, als er meuwe techmsche SI)ufJes u'tkomen het aardig is als men zich die kan aanschaffen. Onze cntisc zijn om tot aanschaffing over te gaan. Spreker ziet dat inditgev niet in Als de burgemeester gebrek aan mankracht bij de politie heeit, dan zai een oplossing op een Inder punt gezocht moeten worden, waar- door de mensen sneller op de plaats van een ongeval kunnen zijn. De heer Mr Zeelenberg is van mening, dat de door de Voorzitter aan- gegeven mogelijkheid van het ten laste van het Rijk brengen van de aan- schaffingskosten middels de te verwachten politiewet, geen grond ma, opleveren om deze uitgave te doen. De heer Reijnders is het met de heer Mr Dr van Bruggen eens, dat meer- malen bij grote aanschaffingen gebleken is, dat deze met kle™ te §°ehe; tîouw werden verdedigd, terwijl later bleek dat misgezien was_ Spreker wiist daarvoor op de Ringdijk in Amsterdam en de invoering van het Holle rith-svsteem bij de P.T.T. Zeer terecht is in belangrijke zaken het laatste woordyaaTdeb?aad. Het argument van de h-gemeester is h^t personee s- tekort. Maar het grijpen naar lapmiddelen is uit den boze. Het kost vee

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1954 | | pagina 15