231 28 October 1954. tei en wethouders cijfers genoemd, waaruit kan blijken, hoe deze in- stellmg in de luttele zes jaar dat zij bestaat, is uitgegroeid. Er blijkt ook uit, dat reeds bij de aanvang gedacht .is en vast stond, dat de ruimte die beschikbaar kon worden gesteld, op d'e duur ontoereikend zou zijn Des- ondanks heeft men het zes jaar weten uit te houden, maar er komt een grens aan dit uithouden. Nu wordt er gezegd, is het nu niet beter een definitieve oplossing te vmden. Ongetwijfeld is het beter om een mooi groot speciaai voor dit doei mgericht bibliotheekgebouw tot stand te brengen, waar ook ruimte zou zijn voor andere culturele dingen. Dit betere is, althans binnen afzienbare tijd, met te verwerkelijken. Daarom is het voorgestelde nu nodig. Spreker wil er nog op wijzen, dat het bedrag dat nu aan deze instelling ten koste wordt gelegd, maar matig is in verhouding tot wat andert mstanties aan onze bibliotheek, ten bate van onze bevolking ten koste leggen. De bevolking heeft een warme belangstelling voor dit instituut, hetgeen moge blijken, dat zij in zes jaar tijd 4400 goede en bruikbare boeken aan de bibliotheek geschonken heeft. Het bedrag van /25.000.dat nu aan de bibliotheek besteed wordt vordert aan rente en afschrijving 2500.per jaar. Alleen al in 1954 heeft de regering aan extra subsidie voor onze bibliotheek 2700 gegeven, terwijl de provincie aan de R.K. afdeling een subsidie heeft toegekend van /1610.Hierult blijkt wel, dat van overheidswege de grote waarde van deze bibliotheek wordt erkend. Spreker meent dan ook, dat er alle aanleiding is om maatregelen te nemen als deze, die tot verderé groei van de bibliotheek kunnen leiden. De heer Scheer is het ten volle met de wethouder eens, dat de gemeente wel wat aan de bibliotheek ten koste mag leggen, maar het gaat hem om de wijze waarop. Spreker heeft bezwaar tegen een provisorische uit- b°uw. Elders heeft spreker zijn mening daarover reeds gegeven. Waarom, vraagt spreker, niet een huis gehuurd of gekocht en daarin de bibliotheek ondergebracht Wanneer dan later het grote plan verwezenlijkt wordt en de bibliotheek krijgt nieuwe huisvesting, dan blijft in ieder geval dat huis over, hetwelk men voor andere doeleinden kan gebruiken of kan ver- kopen. Hier krijgt men nu een houten skelet, hetwelk later, âls de biblio- theek uit de Meerlhorst vandaan gaat, voor geen enkel ander doel meer zal kunnen dienen en dan dus weggenomen moet worden. Sprekers be- zwaar gaat tegen deze wijze van handelen en uitdrukkelijk niet tegen het beschikken van geld ten behoeve van de bibliotheek. Het fi appeert de heer Reijnders, dat de heer Scheer er voor is, maar dat hij tegen de goedkope manier van werken is. Dat is toch wel enigszins in strijd met het devies van de V.V.D.: ,,naar de lagere belastingen". De heer Mr Zeelenberg kan het verband, dat de heer Reijnders legt, niet zien. Indien het mogelijk was op korte termijn een definitieve op- lossing voor de verschillende huisvestingsproblemen, de bibliotheek daar- onder begrepen, te vinden, dan zou deze provisorische oplossing spreker ook niet erg toelachen. Nu het plan bestaat dit tijdelijke bouwwerk in 10 jaar af te schrijven, hetgeen een jaarlijkse last van pl.m. 3000.vormt, heeft spreker daar geen bezwaar tegen. Hij zou zich er zelfs mee kunneri verenigen, wanneer zou moeten worden verwacht dat dit provisorische bouwwerk geen 10, maar 6 jaar zou moeten staan. Spreker gelooft niet aan een binnen 10 jaar oplossen van de verschillende huisvestingsproble- men, waarvoor men komt te staan. De heer Zegwaart vraagt of de heer Scheer een suggestie gedaan heeft hoe het anders zou kunnen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1954 | | pagina 22